Examples of using "Byłem" in a sentence and their dutch translations:
Ik was teleurgesteld.
Ik had het gisteren druk.
Ik was moe.
Ik was bezig.
Ik had dorst.
Ik was verward.
- Ik was arts.
- Ik was geneesheer.
- Ik was een dokter.
Ik was lichtgelovig.
Ik schaamde me.
Ik was ziek.
Ik was verlegen.
- Ik had honger.
- Ik was hongerig.
Ik was naïef.
Ik was ontroerd.
Ik was verward.
Ik was een gezond kind.
- Ik ben geschokt door de dood van John.
- Ik was geschokt door de dood van John's.
Je wist dat ik hier was.
Je bent op je hoede.
Ik was toen gelukkig.
Ik ben naar de kapper geweest.
- Ik was teleurgesteld in haar.
- Dat viel me tegen van haar.
Ik was druk bezig.
Ik was in de bergen.
Ik was toen een kind.
Ik ben in Rome geweest.
Gisteren was ik ziek.
Ik was te dronken.
Ik was in de bibliotheek.
- Ik ben er gisteren naartoe gegaan.
- Ik ging daar gisteren heen.
Ik was al moe.
Ik was in Canada.
Ik was een gezond kind.
Raad eens waar ik geweest ben?
Ik was in de bibliotheek.
Ik was te verlegen.
Ik was twee keer ambassadeur bij de VN.
Ik was nog maar een jongetje.
Ik was al heel lang onder water...
Ik ben een keer in Kioto geweest.
Ik was teleurgesteld omdat je er niet was.
Ik was erg moe.
Ik ben tweemaal in Londen geweest.
Ik heb gisteren mijn haar laten knippen.
Ik was jong en onschuldig.
Misschien had ik het mis.
Ik had het gisteren erg druk.
- Ik was leraar.
- Ik was lerares.
Ik was in Tokio gisteren.
- Toen ik wakker werd, was ik verdrietig.
- Ik was verdrietig toen ik opstond.
- Ik was woedend.
- Ik was boos.
Ik ben twee keer in Kioto geweest.
Ik ben daar tientallen keren geweest.
Ik was alleen in het lokaal.
- Gisteren heb ik deelgenomen aan de vergadering.
- Gisteren heb ik deelgenomen aan de bijeenkomst.
- Ik was de hele tijd nerveus.
- Ik was de hele tijd zenuwachtig.
Ik had het gisteren erg druk.
Ik was met ziekteverlof.
- Ik ben nooit in het buitenland geweest.
- Ik ben nog nooit in het buitenland geweest.
Ik was onder de indruk van zijn muziek.
- Ik was niet bij zijn begrafenis.
- Ik heb zijn begrafenis niet bijgewoond.
Ik was het niet, commissaris!
Toen was ik student.
Ik ben twee keer in Kioto geweest.
Ik ben nog nooit in Europa geweest.
- Ik ben hier nog nooit eerder gekomen.
- Ik ben hier nog nooit eerder geweest.
Ik was op vakantie in het buitenland.
Ik voel de kou tot op het bot.
Ik was de eerste vriend van jouw moeder.
Ik ben maar één keer in Boston geweest.
Ik bezocht Parijs een lange tijd geleden.
Tweemaal ben ik in Parijs geweest.
Ik ben nooit in Kushiro geweest.
- Hij zat drie jaar in de gevangenis.
- Zij heeft drie jaar in de gevangenis gezeten.
Ik was de hele namiddag in de tuin.
Toen kon ik niet meer ontsnappen.
Later raakte ik daarvan gescheiden.
Zijn plotselinge verschijning verraste me.
- Ik was twee keer in de Verenigde Staten.
- Ik ben tweemaal in de Verenigde Staten geweest.
Ik heb Roemenië een aantal jaar geleden bezocht.
Ik bleef thuis omdat ik ziek was.
Ik was vorige maand in Londen.