Translation of "Kint" in Dutch

0.004 sec.

Examples of using "Kint" in a sentence and their dutch translations:

- Várj kint!
- Kint várjon!
- Kint várjanak.

Wacht buiten.

- Valaki kint van.
- Van kint valaki.

Er staat iemand buiten.

Kint vannak.

- Ze staan buiten.
- Zij staan buiten.

Kint havazik.

Het sneeuwt buiten.

Várjál kint!

Wacht buiten.

Kint várok.

Ik sta buiten te wachten.

- Kint vár a taxi.
- A taxi kint vár.

De taxi wacht buiten.

Kint hideg van.

Het is koud buiten.

Tom kint van.

Tom is buiten.

Kint fogok várni.

Ik zal buiten wachten.

Koromfekete kint minden.

- Het is buiten pikzwart.
- Het is buiten pikdonker.

Kint sötét van.

Het is donker buiten.

Meleg van kint?

Heet buiten?

Tom kint ül.

Tom zit buiten.

Ők kint vannak.

- Ze staan buiten.
- Zij staan buiten.

- Gyere be! Kint hideg van.
- Jöjjön be! Kint hideg van.

Kom binnen. Het is koud buiten.

Kint teljesen sötét van.

- Het is buiten pikzwart.
- Het is buiten pikdonker.
- Het is helemaal donker buiten.

Ma kint akarok vacsorázni.

- Ik wil buiten eten vanavond.
- Ik wil vandaag uit eten gaan.

Fúj kint a szél.

Het is winderig buiten.

- Hideg van kint.
- Kint hideg van.
- Kinn hideg van.
- Hideg van odakinn.

Het is koud buiten.

- Menj ki edzeni!
- Kint tornázz!

- Ga buiten oefenen.
- Ga buiten trainen.
- Ga buiten sporten.

Tudnánk kint beszélni egy kicsit?

- Kunnen we buiten wat praten?
- Kunnen we wat buiten praten?

- Tom kint aludt.
- Kinn aludt Tomi.

- Tom sliep buiten.
- Tom heeft buiten geslapen.

Mennem kell, mert valaki engem vár kint.

Ik moet gaan want iemand wacht op me buiten.

Senki se akar kint dolgozni, amikor hideg van.

Niemand wil buiten werken op een koude dag.

A kerékpárod megrozsdásodik, ha kint hagyod az esőn,

Een fiets zal roesten als ge hem in de regen laat staan.

- Hiányzik neki egy kereke.
- Nem teljesen százas.
- Nincs kint mind a négy kereke.
- Elment neki az esze.
- Elmentek neki otthonról.

- Die vent is helemaal gestoord!
- Die kerel is knettergek!
- Die gozer is compleet geschift!
- Die vent is helemaal kierewiet!
- Die kerel is compleet getikt!
- Er zit een schroefje los bij die vent!
- Die gast is niet goed bij zijn hoofd!
- Die vent ziet ze vliegen!
- Hij ziet ze vliegen.