Translation of "Kórház" in Dutch

Ez egy kórház.

- Hier is een ziekenhuis.
- Dit is een ziekenhuis.

Van a közelben kórház?

Is er een ziekenhuis dichtbij?

Hol van a kórház?

Waar is het ziekenhuis?

- A kórház itt van a közelben.
- Itt van a közelben a kórház.

Het ziekenhuis is hier dichtbij.

- Ez az a kórház, amiben születtem.
- Ez az a kórház, ahol születtem.

Dit is het ziekenhuis waarin ik ben geboren.

A kórház az otthonommá vált,

werd het ziekenhuis mijn thuis

Ez a fehér ház kórház.

- Dat witte gebouw is een ziekenhuis.
- Dat wit gebouw is een ziekenhuis.

Hol van a legközelebbi kórház?

Waar is het dichtstbijzijnde ziekenhuis?

Az a fehér épület egy kórház.

- Dat witte gebouw is een ziekenhuis.
- Dat wit gebouw is een ziekenhuis.