Examples of using "Aludnom" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb een beetje slaap nodig.
Ik heb een dutje nodig.
Ik moet daar een nachtje over slapen.
Ik moet slapen.
Ik heb geen slaapplaats voor deze nacht.
Ik weet dat ik nu eigenlijk zou moeten slapen.
Ik heb geen slaapplaats voor deze nacht.
Ik moet slapen.