Examples of using "Veganer" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben een veganist.
- Tom is veganist.
- Tom is een veganist.
- Ik ben veganist.
- Ik ben een veganist.
Geschikt voor vegetariërs en veganisten.
Veganisten eten geen dierlijke producten.
- Ben je vegetariër of veganist?
- Bent u vegetariër of veganist?