Translation of "Tiere" in Dutch

0.049 sec.

Examples of using "Tiere" in a sentence and their dutch translations:

- Haben Sie Tiere?
- Habt ihr Tiere?

Hebt u dieren?

- Wilde Tiere nicht füttern!
- Füttere keine wilden Tiere!

Voer geen wilde dieren.

Tiere wurden möglich.

dieren werden mogelijk.

Alle möglichen Tiere.

Allerlei dieren.

Pferde sind Tiere.

Paarden zijn dieren.

Habt ihr Tiere?

Hebben jullie dieren?

Das sind Tiere.

Dit zijn dieren.

Ich liebe Tiere.

Ik hou van dieren.

Haben Sie Tiere?

Hebt u dieren?

Wir zeichnen Tiere.

- We tekenen dieren.
- Wij tekenen dieren.

Tiere handeln instinktiv.

Dieren handelen volgens hun instinct.

Maria liebt Tiere.

Maria houdt van dieren.

- Alle Pferde sind Tiere, jedoch nicht alle Tiere sind Pferde.
- Alle Pferde sind Tiere, aber nicht alle Tiere sind Pferde.

Alle paarden zijn dieren, maar niet alle dieren zijn paarden.

- Delfine sind sehr intelligente Tiere.
- Delphine sind sehr intelligente Tiere.

Dolfijnen zijn zeer intelligente dieren.

- Katzen sind sehr saubere Tiere.
- Katzen sind sehr reinliche Tiere.

Katten zijn heel propere beesten.

Alle Pferde sind Tiere, jedoch nicht alle Tiere sind Pferde.

Alle paarden zijn dieren, maar niet alle dieren zijn paarden.

Alle Pferde sind Tiere, aber nicht alle Tiere sind Pferde.

Alle paarden zijn dieren, maar niet alle dieren zijn paarden.

Für Tiere wie Menschen.

Zowel voor dieren als mensen,

Sogar die kleinsten Tiere.

Zelfs de kleinste beestjes.

Tiere sind keine Spielzeuge!

Dieren zijn geen speelgoed!

Pferde sind nützliche Tiere.

Paarden zijn nuttige dieren.

Meine Kinder lieben Tiere.

Mijn kinderen houden van dieren.

Hunde sind treue Tiere.

Honden zijn trouwe dieren.

Wilde Tiere nicht füttern!

Voer geen wilde dieren.

Pferde sind gefährliche Tiere.

Paarden zijn gevaarlijke dieren.

Tiere riechen die Angst.

Dieren ruiken angst.

Pandas sind schöne Tiere.

Panda's zijn mooie dieren.

Krokodile sind mysteriöse Tiere.

Krokodillen zijn mysterieuze dieren.

Ich mag keine Tiere.

Ik hou niet van dieren.

Tiere sind unsere Freunde.

Dieren zijn onze vrienden.

Rentiere sind zutrauliche Tiere.

Rendieren zijn vriendelijke dieren.

- Sie kennt viele hohe Tiere.
- Sie kennt jede Menge hohe Tiere.

Ze kent heel wat hoge pieten.

Alle Tiere sind gleich, aber gewisse Tiere sind gleicher als andere.

Alle dieren zijn gelijk, maar sommige dieren zijn gelijker dan andere.

- Alle Tiere sind gleich, aber gewisse Tiere sind gleicher als andere.
- Alle Tiere sind gleich, aber manche sind gleicher.

Alle dieren zijn gelijk, maar sommige dieren zijn gelijker dan andere.

Es sind erstaunlich tolle Tiere.

Het zijn echt geweldige dieren.

Hoffentlich finden wir viele Tiere.

Het krioelt hier van de beesten.

Und kleine wirbellose Tiere anziehen.

en ze trekken ook een scala aan ongewervelden aan.

Es sind über 50 Tiere.

Meer dan 50 stuks.

Nicht alle Tiere sind wild.

Niet alle dieren zijn wild.

Im Wald leben wilde Tiere.

In het bos leven wilde dieren.

Er weiß viel über Tiere.

Hij weet veel over dieren.

Katzen sind sehr saubere Tiere.

Katten zijn heel propere beesten.

Pferde sind sehr empfindsame Tiere.

Paarden zijn zeer gevoelige dieren.

Delfine sind sehr intelligente Tiere.

Dolfijnen zijn zeer intelligente dieren.

Nicht alle Tiere fressen Heu.

Niet alle dieren eten hooi.

Er liebt die Tiere sehr.

Hij houdt veel van dieren.

Kannst du diese Tiere benennen?

Kun jij deze dieren benoemen?

Können Sie diese Tiere benennen?

Kunt u deze dieren benoemen?

- Ich habe ein Buch über Tiere gekauft.
- Ich kaufte ein Buch über Tiere.

Ik heb een boek over dieren gekocht.

- Denken Sie, dass Tiere eine Seele haben?
- Denkst du, dass Tiere eine Seele haben?

Denk je dat dieren een ziel hebben?

- Tiere können nicht zwischen richtig und falsch unterscheiden.
- Tiere können wahr und falsch nicht unterscheiden.
- Tiere können nicht zwischen wahr und falsch unterscheiden.

Een dier kan waar en vals niet onderscheiden.

In so etwas verfangen sich Tiere

Dit is waar dieren in verstrikt raken.

Die Tiere fressen nahe der Oberfläche

De dieren voeden zich vlakbij de oppervlakte,

...bringt die Nacht für Tiere Herausforderungen...

...geeft de nacht dieren uitzonderlijke uitdagingen...

Die Tiere sind exotisch und seltsam.

De dieren zijn erg exotisch en vreemd.

Er mag alle Tiere außer Pferden.

Hij houdt van alle dieren, behalve paarden.

Er weiß viel über wilde Tiere.

Hij weet veel over wilde dieren.

In Alaska leben Millionen wilder Tiere.

In Alaska wonen miljoenen wilde dieren.

Ich lese ein Buch über Tiere.

Ik lees een boek over dieren.

In Indien sind Kühe heilige Tiere.

- Koeien zijn heilige dieren in India.
- In India zijn koeien heilige dieren.

Sie kennt jede Menge hohe Tiere.

Ze kent heel wat hoge pieten.

Viele Tiere ertranken bei dem Hochwasser.

Er zijn veel dieren verdronken bij de overstroming.

Zweifellos könnten uns diese tarzanähnlichen Tiere töten.

Deze Tarzan-achtige type's kunnen ons ongetwijfeld doden.