Examples of using "Strom" in a sentence and their dutch translations:
Metalen geleiden elektriciteit.
Deze machine produceert elektriciteit.
De rivier is lang.
- De stroom is uitgevallen.
- De elektriciteit is uitgevallen.
Schakel de stroom uit.
- Ik zet de elektriciteit aan.
- Ik schakel de stroom in.
De machine zorgt voor veel stroom.
Deze airconditioner verbruikt veel elektriciteit.
Mijn screen gebruikt weinig energie.
We kunnen niet werken zonder elektriciteit.
Hij waait met alle winden mee.
- Heel de stad zat zonder elektriciteit.
- Heel de stad zat zonder stroom.
Het lukte ons de rivier over te zwemmen.
Stroom, water, verzekeringen, onroerend-goedbelastingen, ziektekostenverzekering - alles moet betaald worden.
Geen rivier in de wereld is langer dan de Nijl.
Ik heb de indruk dat ik de hele tijd onder stroom stond.
Als ge iets wilt bereiken in het leven, moet ge tegen de stroom in zwemmen.
- Geen rivier in de wereld is langer dan de Nijl.
- Geen enkele stroom ter wereld is langer dan de Nijl.
- Kan je je voorstellen hoe ons leven eruit zou zien zonder elektriciteit?
- Kun je je voorstellen hoe ons leven eruit zou zien zonder elektriciteit?