Translation of "Rede" in Dutch

- Rede nicht – handele!
- Rede nicht, arbeite!

Daden spreken luider dan woorden.

- Rede keinen Unsinn!
- Rede keinen Blödsinn!

Zeg geen onzin!

Rede langsamer.

Spreek langzamer!

Rede nicht so.

- Zo moet je niet praten.
- Praat niet op die manier.

Handle, rede nicht.

Geen woorden, maar daden.

Ich rede gern.

Ik praat graag.

Rede keinen Unsinn!

Zeg geen onzin!

Rede nicht – handele!

Geen woorden, maar daden.

Rede nicht weiter!

Stop met praten!

- Seine Rede bewegte uns.
- Seine Rede hat uns bewegt.

Zijn toespraak beroerde ons.

- Er hat eine Rede gehalten.
- Er hielt eine Rede.

Hij hield een rede.

- Sag keine Dummheiten!
- Rede keinen Unsinn!
- Rede keinen Blödsinn!

Zeg geen onzin!

Nicht der Rede wert!

Niets te danken!

Er hielt eine Rede.

Hij hield een rede.

Rede nicht im Lesezimmer.

Praat niet in de leesruimte.

Ich rede im Schlaf.

Ik praat in mijn slaap.

Ihre Rede war großartig.

Haar speech was uitstekend.

- Ich rede nicht mit dir, sondern mit dem Affen.
- Ich rede nicht mit dir, ich rede mit dem Affen.

Ik praat niet tegen jou, maar tegen de aap.

Muss ich eine Rede halten?

Moet ik een toespraak houden?

Ihre Rede rührte das Publikum.

Haar toespraak ontroerde het publiek.

Rede nicht schlecht von anderen.

Spreek niet kwaad van anderen.

Niemand hörte der Rede zu.

- Niemand luisterde naar de toespraak.
- Niemand luisterde naar de speech.

Er hat eine Rede gehalten.

Hij hield een rede.

Seine Rede hat uns bewegt.

Zijn toespraak beroerde ons.

Ihre Rede war sehr geistreich.

Uw redevoering was heel geestig.

Höre viel und rede wenig.

Luister veel en spreek weinig.

Ich rede gerade mit Rocío.

Ik ben met Rocío aan het praten.

- Ich rede nicht gern über mich selbst.
- Ich rede nicht gern über mich.

Ik praat niet graag over mezelf.

Wenn ich über Männer-Kram rede

als ik over mannelijke dingen praat

Das ist nicht der Rede wert.

Niets te danken!

- Rede mit mir!
- Sprich mit mir.

Praat met mij!

- Rede nicht so.
- Sag das nicht.

Zeg dat niet.

- Sprich mit mir!
- Rede mit mir!

Praat met mij!

Wirke ich verliebt, wenn ich rede?

Lijk ik verliefd als ik spreek?

- Rede keinen Unsinn!
- Sage keinen Unsinn!
- Rede keinen Blödsinn!
- Red keinen Quatsch!
- Red keinen Stuss!

- Vertel geen onzin!
- Zeg geen onzin!

- Ich telefoniere gerade.
- Ich rede am Telefon.

Ik ben aan de telefoon.

Ich rede grad im Facebook mit ihr.

Ik praat met haar op Facebook.

Unterbrich mich bitte nicht, wenn ich rede.

Val me alsjeblieft niet in de rede.

Rede nicht um den heißen Brei herum!

Draai niet rond de pot.

Ich rede nicht gern über mich selbst.

Ik praat niet graag over mezelf.

Sein Vorschlag ist nicht der Rede wert.

Zijn voorstel is niet erg belangrijk.

Die Rede des Professors war voller Humor.

De lezing van de professor zat vol humor.

Ich war von Toms Rede sehr beeindruckt.

De toespraak van Tom heeft veel indruk op mij gemaakt.

Warum fasziniert dich meine Rede von gestern?

Waarom fascineert mijn toespaak van gisteren je?

Aber das frühe Leben, von dem ich rede,

Maar het vroege leven waar ik het over heb,

Er muss auf der Party eine Rede halten.

Hij moet een toespraak houden tijdens het feest.

Seine Rede machte einen guten Eindruck auf mich.

Zijn voordracht maakte een goede indruk op me.

Er ist mitten in seiner Rede ohnmächtig geworden.

Hij viel in het midden van zijn toespraak flauw.

Er hielt eine Rede über die Alzheimersche Krankheit.

Hij gaf een toespraak over Alzheimer.

Ich rede gerne über die gute alte Zeit.

Ik praat graag over de goede oude tijd.

Seine Rede reflektierte nicht den Willen der Partei.

Zijn toespraak kwam niet overeen met de wil van de partij.

Rede du nur, ich tue, was ich will.

Zeg maar op, ik doe wat ik wil.

Rede nicht schlecht über andere hinter ihrem Rücken.

Spreek geen kwaad van anderen achter hun rug om.

Egal, was kommt, ich rede mit niemandem darüber.

Wat er ook gebeurt, ik zal er niemand iets over vertellen.

Ich rede nicht mit dir, sondern mit dem Affen.

Ik praat niet tegen jou, maar tegen de aap.

Seine Rede hat auf mich einen guten Eindruck gemacht.

Zijn voordracht maakte een goede indruk op me.

- Rede nicht so.
- Redet nicht so.
- Reden Sie nicht so.

- Praat niet zo.
- Zo moet je niet praten.
- Praat niet op die manier.

- Handle, anstatt zu reden.
- Handle, rede nicht.
- Tun, nicht quatschen!

Geen woorden, maar daden.

- Schau mich an, wenn ich mit dir rede!
- Sieh mich an, wenn ich mit dir spreche!
- Sieh mich an, wenn ich mit dir rede!

- Kijk me aan wanneer ik tegen je praat!
- Kijk mij aan als ik tegen je spreek!
- Kijk me aan als ik tegen je praat.

Was wäre, wenn du eine Rede halten würdest, und niemand käme?

Wat als je een toespraak hield en er kwam niemand?

Ebenfalls gibt es Länder, in denen die freie Rede eingeschränkt ist.

Er zijn ook landen waar de vrijheid van meningsuiting wordt beperkt.

- Ich rede ständig mit mir selbst.
- Ich spreche ständig mit mir selbst.

Ik praat constant met mezelf.

- Ich rede nicht gerne in der Öffentlichkeit.
- Ich spreche nicht gerne öffentlich.

Ik spreek niet graag in het openbaar.

- Worum handelt es sich?
- Worum geht es?
- Worum geht's?
- Wovon ist die Rede?

- Waarover gaat het?
- Waar gaat het over?

Ich entdeckte zu spät, dass ich den wichtigsten Teil meiner Rede ausgelassen hatte.

Ik ontdekte te laat dat ik het belangrijkste deel van mijn toespraak had weggelaten.

- Ich spreche täglich Englisch.
- Ich rede jeden Tag Englisch.
- Ich spreche Englisch jeden Tag.

Ik spreek dagelijks Engels.

Ich bin vielleicht asozial, aber das heißt nicht, dass ich nicht mit Leuten rede.

Ik ben misschien niet erg sociaal, maar dat betekent nog niet dat ik niet met mensen omga.

Anmut, für ihre ehrliche, stumpfe Rede und dafür, dass sie alten Kameraden immer geholfen haben.

genaden, om eerlijke, botte spraak en om altijd oude kameraden te helpen.