Examples of using "Gedacht" in a sentence and their dutch translations:
omdat ik toen dacht:
Dat zou ik nooit gedacht hebben.
Ik dacht aan hetzelfde.
Daar heb ik niet aan gedacht.
- Ik dacht aan u.
- Ik dacht aan jou.
- Ik heb aan jou gedacht.
- Ik heb aan je gedacht.
Ik heb nooit eerder daaraan gedacht.
Ik had niet gedacht dat je zou komen.
Ik heb er de hele dag aan gedacht.
toch had ik nooit gedacht
Laatst dacht ik aan je.
Dat is precies wat ik dacht.
- Hebt u nagedacht over uw tandenborstel?
- Hebben jullie nagedacht over jullie tandenborstel?
- Hebt u aan uw tandenborstel gedacht?
- Hebben jullie aan jullie tandenborstel gedacht?
Dat was als een serieuze opmerking bedoeld.
Deze sneeuw is dieper dan ik dacht.
Dat is precies wat ik dacht.
Dat dacht ik ook.
Het was net zoals ik gedacht had.
Ik heb er de hele dag aan gedacht.
Ik had er helemaal niet aan gedacht.
- Ik dacht niet dat je ging komen.
- Ik had niet gedacht dat je zou komen.
Ik heb er de hele dag aan gedacht.
- Aan welke kleur dacht u?
- Aan welke kleur hebt u gedacht?
Te denken wat mensen nooit hebben gedacht.
Ik heb er nooit aan gedacht om leraar te worden.
We dachten allemaal dat je getrouwd was.
Heb je er ooit aan gedacht om je baan op te zeggen?
Ik heb de hele dag aan haar gedacht.
Het was nooit de bedoeling dat mensen eeuwig zouden leven.
- Ik wist het wel.
- Het was juist zoals ik dacht.
Ik had niet verwacht dat je zo vroeg komt.
Heb jullie erover nagedacht de eerste les te herzien?
- Ik had nooit gedacht dat het zo gemakkelijk zou zijn.
- Ik had nooit gedacht dat het zo gemakkelijk ging zijn.
Natuurlijk moet je betalen! Wat dacht jij dan?
Dat zou ik nooit gedacht hebben.
- Ik heb aan jou gedacht.
- Ik heb aan je gedacht.
Ik had nooit verwacht dat hij zo heftig zou reageren.
Tom zei dat hij er niet aan gedacht had dat Maria honger had.
Ik heb nooit echt gedacht dat ik zo lang zou leven.
Ik had nooit gedacht dat hij zoiets wreeds zou kunnen doen.
Heb je er ooit over gedacht verpleegkundige te worden?
"Daar heb ik nog nooit aan gedacht," zei de oude man. "Wat moeten we doen?"
- De man van wie ik dacht dat hij mijn vriend was, bedroog me.
- De man die ik als mijn vriend beschouwde, bedroog me.
Ik heb altijd geloofd dat een hartaanval de aankondiging van het ophanden zijnde overlijden is.
Ik heb vandaag aan je gedacht.
Ik had nooit gedacht dat ik op een dag het woord "viagra" zou opzoeken op Wikipedia.
We hebben niet altijd gelijk gehad. We hadden nooit gedacht dat Pepe president zou worden.
Tom had nooit gedacht dat Mary uiteindelijk ook echt haar hogeschooldiploma zou halen.
Ze had nooit gedacht, zelfs niet gedroomd, dat haar zoon zich zou zelfmoorden.
Een goede taal is de taal die erin slaagt een gedachte duidelijker uit te drukken dan hij is gedacht.
Ik meende het niet.
Heb je er ooit over gedacht verpleegkundige te worden?
- Tijdens de hele reis waren mijn gedachten bij u.
- De hele reis lang dacht ik aan jou.
Mensen kunnen niet eeuwig leven.