Examples of using "Marié" in a sentence and their dutch translations:
Ik was getrouwd.
Tom is getrouwd.
Ik ben getrouwd.
- Ben ik nog getrouwd?
- Ben ik nog steeds getrouwd?
Ja, ik ben getrouwd.
Hij is ongehuwd.
Hij is al getrouwd.
Larry Ewing is getrouwd.
Bent u nog altijd gehuwd?
"Getrouwd?" "Gescheiden."
Hij is getrouwd voor het geld.
Tom is nooit getrouwd geweest.
Ben je ooit getrouwd?
Hij is nooit getrouwd.
Waarom ben je niet getrouwd?
- Toen was ik getrouwd.
- Toen was ik gehuwd.
Je bent niet getrouwd, of wel?
- Ik ben getrouwd.
- Ik ben gehuwd.
Hij trouwde met een Canadese.
Hij trouwde met mijn zus.
Ik ben nog niet getrouwd.
Haar oudste zoon is niet getrouwd.
Ik vraag me af of hij getrouwd is.
Zij vroeg me of ik getrouwd was.
- Hoe wist ge dat hij getrouwd is?
- Hoe wist je dat hij getrouwd was?
Ik ben nog niet getrouwd.
Sami is niet getrouwd met Layla.
Hij is getrouwd en heeft twee kinderen.
Hij is ongehuwd.
Ik ben gehuwd en heb twee zonen.
Is Tom uitgehuwelijkt?
Ik woon hier al sinds ik getrouwd ben.
Hij is getrouwd en heeft drie kinderen.
Ik ben getrouwd toen ik 19 was.
Ja, ik ben getrouwd.
Tom is getrouwd met een veel jongere vrouw.
Ik ben acht jaar geleden getrouwd.
Ik ben getrouwd en heb twee kinderen.
Hij trouwde met een stewardess.
Hij trouwde een ouder meisje dan hij is.
Hoewel hij niet getrouwd was, had hij een kind.
Ben je ooit getrouwd?
Ik ben ongehuwd.
Wie zijn mond houdt ondanks dat hij gelijk heeft, is getrouwd.
- Bent u nog altijd gehuwd?
- Ben je nog altijd gehuwd?
Bent u nog altijd gehuwd?
Ik ben nog niet getrouwd.
Ik denk niet dat hij homo is. Hij is getrouwd en heeft drie kinderen.
- Ik ben ongehuwd.
- Ik ben vrijgezel.
- Ik ben single.
Je bent niet getrouwd, of wel?
Ik ben niet meer met Tom getrouwd.
Ik ben gehuwd en heb twee zonen.
Wanneer ben je getrouwd?
Hoe oud was je toen je ging trouwen?
Hij was al jong uitgehuwelijkt, toen hij nog een tweedejaars student was, en nu scheen zijn vrouw de helft ouder te zijn dan hij.