Translation of "Inventé" in Dutch

- Thomas Edison a inventé l'ampoule électrique.
- Thomas Edison a inventé la lampe à incandescence.
- Thomas Edison a inventé l'ampoule.

- Thomas Edison heeft de lamp uitgevonden.
- Thomas Edison heeft de gloeilamp uitgevonden.

Qui a inventé la radio ?

Wie heeft de radio uitgevonden?

Qui a inventé le piano ?

Wie heeft de piano uitgevonden?

Il a inventé une excuse.

Hij vond een excuus uit.

Qui a inventé cette machine ?

Wie heeft dat apparaat uitgevonden?

Le papier fut inventé en Chine.

Papier is uitgevonden in China.

Ils ont inventé une histoire invraisemblable.

Ze verzonnen een onwaarschijnlijk verhaal.

Il n'a pas inventé la poudre.

Hij heeft het buskruit niet uitgevonden.

Qui a inventé le presse-papier ?

Wie heeft het klembord uitgevonden?

Il n'a pas inventé l'eau chaude.

Hij heeft het warm water niet uitgevonden.

Qu'est-ce que Bell a inventé ?

Wat vond Bell uit?

- Il n'a pas inventé la poudre.
- Il n'a pas inventé le fil à couper le beurre.

- Hij heeft het buskruit niet uitgevonden.
- Hij is ook echt niet het beste wat er rondloopt.

- Il n'a pas non plus inventé la poudre.
- Il n'a pas non plus inventé l'eau tiède.

Hij is ook geen helder licht.

J'ai donc inventé le rendez-vous zéro.

Dus ik vond de nuldate uit.

Je crois qu'elle a inventé cette histoire.

Ik denk, dat ze dit verhaal heeft verzonnen.

Tout ce qui est inventé est vrai.

Alles wat is uitgevonden, is waar.

Le papier a été inventé en Chine.

Papier is uitgevonden in China.

Savez-vous qui a inventé les Mozartkugeln ?

Weet u, wie de Mozartkugeln heeft uitgevonden?

Le raisonnement n'a pas été inventé par l'Occident.

Nu was redeneren niet uitgevonden door het Westen.

Nous avons inventé les pacemakers et les scanners.

We vonden pacemakers en röntgenstralen uit

- Il a inventé l'histoire.
- Il inventa cette histoire.

Hij verzon dat verhaal.

Tom n'a pas inventé la poudre à canon.

- Tom is niet erg slim.
- Tom heeft het buskruit niet uitgevonden.

- Qui a inventé le téléphone ?
- Qui inventa le téléphone ?

Wie heeft de telefoon uitgevonden?

Le téléphone a été inventé par Bell en 1876.

De telefoon is uitgevonden door Bell in achttien zesenzeventig.

- Il inventa cette histoire.
- Il a inventé cette histoire.

Hij verzon dat verhaal.

- Il n'a pas inventé la poudre.
- Il n'a pas inventé le fil à couper le beurre.
- Ce n'est pas une lumière.

Hij heeft het buskruit niet uitgevonden.

- Il n'a pas inventé la poudre.
- Ce n'est pas une lumière.

Hij heeft het buskruit niet uitgevonden.

Un savant a inventé une pilule qui annule les effets de l'ivresse.

Een professor heeft een pil uitgevonden die de kater doet verdwijnen.

- Qui a inventé cette machine ?
- Par qui a été inventée cette machine ?

Wie heeft dat apparaat uitgevonden?

- Voilà comment il inventa la machine.
- C'est ainsi qu'il inventa la machine.
- C'est comme ça qu'il a inventé la machine.

Zo heeft hij de machine uitgevonden.