Examples of using "Kip" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb een dutje nodig.
Ik wil een dutje doen.
Ik ben aan het dutten.
Ik wil een kort slaapje houden.
Ik heb een dutje nodig.
Ik wil een dutje doen.
Het kan dat ik zo meteen opgeef en in plaats hiervan een dutje ga doen.
Het kan dat ik zo meteen opgeef en in plaats hiervan een dutje ga doen.