Translation of "Flour" in Dutch

They grind wheat into flour.

Ze maken bloem door tarwe te malen.

We import flour from America.

We importeren meel uit Amerika.

Flour is made from wheat.

Meel wordt van tarwe gemaakt.

Bread is made from flour.

Brood wordt van meel gemaakt.

Do we have enough flour?

Hebben we genoeg meel?

Tom is mixing flour with sugar.

Tom mengt bloem met suiker.

Bread is made from flour, water and yeast.

Brood wordt gemaakt van meel, water en gist.

This cake contains flour, milk, eggs and sugar.

Deze taart bevat bloem, melk, eieren en suiker.

He bought a lot of flour and oil.

Hij kocht veel bloem en olie.

Scatter a little flour on the work surface.

Strooi een beetje bloem op het werkblad.

Bread is made from flour, water, and often yeast.

Brood wordt gemaakt uit meel, water en dikwijls gist.

About two million pounds of flour are exported annually.

Ongeveer twee miljoen pond bloem wordt jaarlijks uitgevoerd.

We need flour, sugar and eggs to make this cake.

We hebben meel, suiker en eieren nodig om deze taart te bakken.

Grandma sprinkled flour on the rolling pin so the dough wouldn't stick to it.

- Oma strooide bloem op de deegrol, zodat het deeg er niet zou aankleven.
- Oma besprenkelde bloem op de deegroller zodat het deeg er niet aan zou kleven.

- If ashes were flour and peat was bacon, we'd eat bacon pancakes every day.
- If ifs and buts were candy and nuts, we'd all have a merry Christmas.

Als as meel en turf spek was, aten we alle dagen spekpannenkoeken.