Translation of "Depart" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "Depart" in a sentence and their dutch translations:

- What time does the train depart?
- When does the train depart?

Hoe laat vertrekt deze trein?

When does the train depart?

Hoe laat vertrekt de trein?

The train will depart soon.

De trein zal binnenkort vertrekken.

What time will the plane depart?

Hoe laat vertrekt het vliegtuig?

What time does the train depart?

Hoe laat vertrekt deze trein?

Takuya told me to depart immediately.

Takuya zei me direct te vertrekken.

- What time does the train depart?
- When does the train depart?
- When does the train leave?
- When does the train go?

Hoe laat vertrekt deze trein?

- The train is leaving soon.
- The train will depart soon.

De trein zal binnenkort vertrekken.

- What time does the train depart?
- What time does the train leave?
- When does the train depart?
- When does the train leave?
- When does the train go?

Hoe laat vertrekt deze trein?

And whosoever shall not receive you, nor hear your words, when ye depart out of that house or city, shake off the dust of your feet.

Als ze je niet ontvangen en niet luisteren naar je woorden, ga dan weg uit dat huis of die stad en stamp het stof van je voeten.