Translation of "Cheap" in Dutch

0.012 sec.

Examples of using "Cheap" in a sentence and their dutch translations:

- Everything's really cheap.
- Everything's very cheap.

Alles is echt goedkoop.

- It is really cheap.
- It's very cheap.

Het is heel goedkoop.

Supplies were cheap.

Voorraden waren goedkoop.

Wow! That's cheap!

Wow! Dat is goedkoop!

Carrots are cheap!

Wortels zijn goedkoop!

This is cheap.

Dit is goedkoop.

It's dirt cheap.

Het is spotgoedkoop.

Everything's dirt-cheap.

Alles is spotgoedkoop.

It looked cheap.

- Het zag er goedkoop uit.
- Het leek goedkoop.

Gold isn't cheap.

Goud is niet goedkoop.

It was really cheap.

Het was erg goedkoop.

Our food is cheap.

Ons eten is goedkoop.

This dress is cheap.

Deze jurk is goedkoop.

Fish is cheap today.

- Vis is goedkoop vandaag.
- Vis is vandaag goedkoop.

It's a cheap restaurant.

Het is een goedkoop restaurant.

This article is cheap.

Dit artikel is goedkoop.

Potatoes are very cheap.

Aardappelen zijn zeer goedkoop.

- It's not cheap to eat here.
- It isn't cheap to eat here.

Het is niet goedkoop om hier te eten.

That's a cheap cop-out.

Dat is een goedkope uitvlucht.

Food is cheap in Germany.

- Eten is goedkoop in Duitsland.
- Voedsel is goedkoop in Duitsland.

This wasn't cheap, was it?

Dat was niet goedkoop, wel?

Mary doesn't wear cheap perfume.

Maria draagt geen goedkope parfums.

The plastic chair is cheap.

De plastic stoel is goedkoop.

It seemed to be cheap.

- Het leek zo goedkoop.
- Het lijkt goedkoop.

Tom won't drink cheap wine.

- Tom drinkt geen goedkope wijn.
- Tom weigert goedkope wijn te drinken.

Buy cheap and waste your money.

Goedkoop is duurkoop.

The cheese isn't cheap; it's expensive.

De kaas is niet goedkoop, hij is duur.

Oranges aren't as cheap as bananas.

Sinaasappels zijn niet zo goedkoop als bananen.

She could smell his cheap cologne.

Ze kon zijn goedkope eau de cologne ruiken.

It's easy to make and it's cheap.

Het is eenvoudig te maken en goedkoop.

I want to buy a cheap dictionary.

Ik wil een goedkoop woordenboek kopen.

Al of her merchandise was dirt cheap.

Al haar handelswaren waren spotgoedkoop.

We spent the night in a cheap hotel.

We hebben in een goedkoop hotel overnacht.

It's cheap, but the quality isn't that good.

Het is goedkoop, maar de kwaliteit is niet zo goed.

The trips to the islands are not cheap.

De reizen naar de eilanden zijn niet goedkoop.

That was nothing but a cheap bar trick.

Dat was maar een goedkoop trucje.

Any watch will do, so long as it's cheap.

Elk polshorloge is goed, als het maar niet duur is.

Mushrooms are in season now, so they are cheap.

Het is het seizoen voor paddestoelen, daarom zijn ze zo goedkoop.

Shall I buy this dictionary just because it's cheap?

Zal ik dit woordenboek kopen gewoon omdat het goedkoop is?

The only thing that matters is to find a cheap car.

Het enige wat telt is het vinden van een goedkope auto.

It is cheap, but on the other hand it is not good.

Het kost niet veel, maar de kwaliteit is er ook naar.

Gasoline isn't as cheap as it was when I first started driving.

Benzine is niet meer zo goedkoop als toen ik met autorijden begon.

- The price is low, but the quality isn't very good.
- It's cheap, but the quality isn't that good.

- Het is goedkoop, maar de kwaliteit is niet zo goed.
- De prijs is laag, maar de kwaliteit is niet heel goed.