Translation of "Schrijven" in Turkish

0.012 sec.

Examples of using "Schrijven" in a sentence and their turkish translations:

Blijf schrijven.

Yazmaya devam et.

- We zijn aan het schrijven.
- Wij schrijven.

Biz yazıyoruz.

Dichters schrijven gedichten.

Şairler şiirler yazar.

Begin met schrijven.

Yazmaya başlayın.

Ik moet schrijven.

Ben yazı yazmalıyım.

Kunt u schrijven?

Yazabilir misin?

Schrijven jullie graag?

Siz yazmaktan hoşlanıyor musunuz?

Tom begon te schrijven.

Tom yazmaya başladı.

Thomas houdt van schrijven.

Tom yazmaktan hoşlanır.

Kun je cursief schrijven?

El yazması yazabilir misin?

Ik kan niet schrijven.

- Yazamıyorum.
- Yazmayı bilmiyorum.

- Ik ben het schrijven moe.
- Ik ben moe van het schrijven.

Yazı yazmaktan usandım.

- Ik zal morgen een brief schrijven.
- Ik ga morgen een brief schrijven.

Yarın bir mektup yazacağım.

Alstublieft met een potlood schrijven.

Lütfen bir kurşun kalemle yaz.

Hij zal een brief schrijven.

O, bir mektup yazıyor olacak.

Moet ik een brief schrijven?

Mektup yazmak zorunda mıyım?

Ik moet een brief schrijven.

Ben bir mektup yazmak zorundayım.

Ik wil een boek schrijven.

Bir kitap yazmak istiyorum.

Ik wil een artikel schrijven.

Bir makale yazmak istiyorum.

Ik moet een sms schrijven.

Bir sms yazmak zorundayım.

Hij gaat een brief schrijven.

O, bir mektup yazıyor olacak.

Mijn moeder haat brieven schrijven.

Annem mektuplar yazmaktan nefret eder.

Ik ga een brief schrijven.

Bir mektup yazacağım.

Kun je lezen en schrijven?

- Okuma ve yazma biliyor musun?
- Okuma ve yazma biliyor musunuz?

Tom kan lezen noch schrijven.

Tom ne okuyabilir ne de yazabilir.

Je moet een brief schrijven.

Sen bir mektup yazmalısın.

Spiekbriefjes schrijven is zeer nuttig.

Kopya yazmak çok yararlıdır.

Jij moet een boek schrijven!

Bir kitap yazmalısın!

Ik kan lezen noch schrijven.

- Benim okumuşluğum yazmışlığım yok.
- Ne okuyabilirim ne de yazabilirim.

Hij kan lezen en schrijven.

O okuyabilir ve yazabilir.

We zullen een brief schrijven.

Bir mektup yazacağız.

Zeg me wat ik moet schrijven en ik zal het schrijven voor je.

Bana ne yazacağımı söyle ve onu senin için yazacağım.

Iedereen kan zijn eigen naam schrijven.

- Herkes kendi ismini yazmasını bilir.
- Herkes kendi ismini yazmasını biliyor.

Ze kan niet lezen of schrijven.

O, yazamıyor ve okuyamıyor.

Hij kan nauwelijks zijn naam schrijven.

O adını güçlükle yazabiliyor.

Hij kan met beide handen schrijven.

O her iki eliyle yazabilir.

Wat ben je aan het schrijven?

- Ne yazıyorsun?
- Ne yazıyorsunuz?

Ik zal je een brief schrijven.

Sana bir mektup yazacağım.

Tom is iets aan het schrijven.

Tom bir şey yazıyor.

Verbeteren is soms moeilijker dan schrijven.

Düzeltme yapmak bazen yazmaktan daha zordur.

Ik leer hoe je moet schrijven.

Nasıl yazacağımı öğreniyorum.

Hij kan Frans spreken en schrijven.

O, Fransızcayı konuşabilir ve yazabilir.

Ik begon het boek te schrijven.

Kitabı yazmaya başladım.

Vader is bezig brieven te schrijven.

Baba mektupları yazmakla meşgul.

Je zou een boek moeten schrijven!

Senin bir kitap yazman gerekir!

Vergeet niet om ons te schrijven!

Bize yazmayı unutma.

Je zou een boek moeten schrijven.

- Bir kitap yazman gerekir.
- Bir kitap yazmalısın.

Ik zal Tom een brief schrijven.

- Tom'a bir mektup yazacağım.
- Ben Tom'a bir mektup yazacağım.

Ik kan in het Engels schrijven.

İngilizce yazabilirim.

Zij was gewend zakenbrieven te schrijven.

O, iş mektubu yazmaya alışkındı.

Ze bleef verhalen over dieren schrijven.

O, hayvanlar hakkında hikayeler yazmaya devam etti.

Ik wil iets om te schrijven.

Yazacak bir şey istiyorum.

Tom kan zowel lezen als schrijven.

Tom hem okuyabilir hem de yazabilir.

- Hij heeft een schrijfknobbel.
- Hij kan ongelooflijk goed schrijven.
- Hij heeft een gave om te schrijven.

O, kabiliyetli bir yazar.

Dat je van plan was te schrijven.

evren çoktan yazdı.

En na maanden van fanatiek voorstellen schrijven

Araştırma taslaklarını aylarca çılgın bir şekilde düzenleyerek

Geef me iets om mee te schrijven.

Bana yazmak için bir şey verin.

Geef mij iets om op te schrijven.

Bana yazacak bir şey ver.

Vandaag begin ik een raplied te schrijven.

Bugün bir rap şarkısı yazmaya başlıyorum.

Hij is bezig een brief te schrijven.

O bir mektup yazmakla meşgul.

Ik heb geen tijd om te schrijven.

Yazmak için vaktim yok.

Wanneer zal ik een goed toneelstuk schrijven?

Ne zaman iyi bir oyun yazacağım?

Zijt ge een brief aan het schrijven?

Şimdi bir mektup yazıyor musun?

Geef me eens iets om te schrijven.

Bana yazmak için bir şey ver.

Heeft Tom je gevraagd dit te schrijven?

Tom bunu yazmanı istedi mi?

Tom is een boek aan het schrijven.

Tom bir kitap yazıyor.

Ik ben over u aan het schrijven.

Senin hakkında yazıyorum.

Ik kan Chinees praten, maar niet schrijven.

Çince konuşabiliyorum ama onu yazamıyorum.

Is Jimmy een brief aan het schrijven?

Jimmy bir mektup yazıyor mu?

Hij is geen brief aan het schrijven.

O bir mektup yazmıyor.

Ik heb niks om mee te schrijven.

Yazacak bir şeyim yok.

- Mijn moeder heeft een hekel aan het schrijven van brieven.
- Mijn moeder haat het schrijven van brieven.

Annem mektuplar yazmaktan nefret eder.

- Tom is Mary een brief aan het schrijven.
- Tom is een brief aan Mary aan het schrijven.

Tom, Mary'ye bir mektup yazıyor.

- Waar je ook naartoe gaat, vergeet me niet te schrijven.
- Waar u ook naartoe gaat, vergeet me niet te schrijven.
- Waar jullie ook naartoe gaan, vergeet me niet te schrijven.
- Ongeacht waar je naartoe gaat, vergeet me niet te schrijven.
- Ongeacht waar u naartoe gaat, vergeet me niet te schrijven.
- Ongeacht waar jullie naartoe gaan, vergeet me niet te schrijven.

Nereye gidersen git bana yazmayı unutma.

Ik heb iets nodig om mee te schrijven.

Yazmak için bir şeye ihtiyacım var.

Het is niet makkelijk met krijt te schrijven.

Tebeşirle yazmak kolay değil.

Ze is nu een brief aan het schrijven.

O şimdi bir mektup yazıyor.

Haar moeder is een brief aan het schrijven.

Onun annesi bir mektup yazıyor.

Ik ben begonnen met een boek te schrijven.

Bir kitap yazmaya başladım.

Hij nam zijn potlood en begon te schrijven.

Kurşun kalemini aldı ve yazmaya başladı.

Hij kan het Russisch zowel spreken als schrijven.

O, Rusçayı hem konuşabilir hem de yazabilir.

Gebruik geen potlood om een brief te schrijven.

Bir mektubu kurşun kalem ile yazmamalısın.

De meeste mensen schrijven over hun dagelijks leven.

Çoğu kişi günlük hayatı hakkında yazı yazar.

- Jij schrijft.
- Je schrijft.
- Jullie schrijven.
- U schrijft.

Sen yazıyorsun.

Velen van hen konden niet lezen of schrijven.

Birçoğu okuyamıyordu ya da yazamıyordu.

Ik kan nog steeds niet goed Chinees schrijven.

Çinceyi hâlâ iyi yazmıyorum.