Translation of "Hebben een" in Spanish

0.051 sec.

Examples of using "Hebben een" in a sentence and their spanish translations:

- Ze hebben een gezin.
- Ze hebben een familie.

- Tienen familias.
- Ellos tienen familias.

- We hebben een ambulance nodig.
- We hebben een ziekenwagen nodig.

Necesitamos una ambulancia.

- We hebben een goed huis.
- We hebben een fijn huis.

Tenemos una casa estupenda.

We hebben een visgat.

Tenemos un hoyo de pesca.

We hebben een missie.

Tenemos una misión que cumplir.

We hebben een helikopter.

Tenemos un helicóptero.

We hebben een probleem.

Tenemos un problema.

We hebben een paus.

Tenemos Papa.

We hebben een auto.

- Tenemos un coche.
- Nosotros tenemos un coche.

Ze hebben een tweeling.

Ellos tienen gemelos.

We hebben een hond.

Tenemos un perro.

We hebben een duivenprobleem.

Estamos teniendo un problema con las palomas.

We hebben een huiszoekingsbevel.

Tenemos una orden de búsqueda.

We hebben een vraag.

Tenemos una pregunta.

We hebben een theorie.

Tenemos una teoría.

We hebben een visgat. Kijk.

Tenemos un hoyo de pesca. ¡Echen un vistazo!

Ze hebben een tedere hardheid.

Tienen una dureza tierna.

We hebben een verlaten winkel.

Conseguimos un local que lo tenían abandonado.

Oké, we hebben een vliegtuig.

Bien, tenemos una avioneta.

Ze hebben een groot huis.

Tienen una casa grande.

Ze hebben een regering gevormd.

Ellos crearon un gobierno.

Wij hebben een kind geadopteerd.

Adoptamos a un niño.

Ze hebben een eigen cultuur.

Ellos tienen una cultura propia.

We hebben een ufo gezien.

- Vimos un platillo volador.
- Vimos un ovni.

We hebben een strak schema.

Tenemos un horario apretado.

We hebben een geweldige schoolbibliotheek.

Tenemos una excelente biblioteca escolar.

We hebben een zandkasteel gemaakt.

Hicimos un castillo de arena.

Wij hebben een auto nodig.

Necesitamos un coche.

We hebben een vrijwilliger nodig.

Necesitamos un voluntario.

We hebben een plan nodig.

Necesitamos un plan.

We hebben een ambulance nodig.

Necesitamos una ambulancia.

Ze hebben een feest morgen.

Tendrán una fiesta mañana.

We hebben een vriend gemeen.

- Tenemos un amigo mutuo.
- Tenemos un amigo común.

We hebben een witte kat.

Tenemos un gato blanco.

Wij hebben een antwoord nodig.

Necesitamos una respuesta.

We hebben een auto gekocht.

Compramos un coche.

We hebben een groot probleem.

Tenemos un gran problema.

Ze hebben een ara gekocht.

Ellos compraron un papagayo.

We hebben een nieuwe buurvrouw.

Tenemos una nueva vecina.

Ze hebben een prachtig huis.

- Tienen una hermosa casa.
- Tienen una casa hermosa.

Terroristen hebben een bus opgeblazen.

Los terroristas hicieron estallar un bus.

We hebben een voorraad toiletpapier.

Tenemos reserva del papel higiénico.

We hebben een contract nodig.

Necesitamos un contrato.

Wij hebben een schrijver ontmoet.

Conocimos un escritor.

We hebben een beetje water.

- Tenemos un poco de agua.
- Tenemos algo de agua.

We hebben een nieuwe buurman.

Tenemos un vecino nuevo.

- We hebben een hoop werk te doen.
- We hebben een berg werk te verzetten.

Tenemos un montón de trabajo por hacer.

Deze objecten hebben een verschillend uiterlijk,

Estos objetos tienen apariencias muy distintas,

Luiaards hebben een bizar trage stofwisseling.

Los perezosos tienen un metabolismo anormalmente bajo.

We hebben een instinct voor taal,

Tenemos un instinto para el lenguaje,

We hebben een feest volgende zaterdag.

Tenemos una fiesta el próximo sábado.

We hebben een half dozijn eieren.

Tenemos media docena de huevos.

We hebben een groot pak ontvangen.

Recibimos un gran paquete.

De hersenen hebben een ingewikkelde structuur.

La estructura del cerebro es compleja.

De meeste jongeren hebben een gsm.

La mayoría de los jóvenes tienen celulares.

Sinaasappels hebben een heleboel vitamine C.

Las naranjas tienen mucha vitamina C.

Ze hebben een beer levend gevangen.

Ellos capturaron a un oso vivo.

We hebben een nieuwe wasmachine gekocht.

Compramos una lavadora nueva.

We hebben een pond thee gekocht.

Compramos una libra de té.

We hebben een collega in Spanje.

Tenemos a un colega en España.