1. Home
  2. Translation in context
  3. Dutch-Spanish
  4. Elena

Translation of "Elena" in Spanish

0.002 sec.

Examples of using "Elena" in a sentence and their spanish translations:

Elena is het grootste meisje van de klas.

Elena es la chica más alta de la clase.

- Zijn jullie Elena's vrienden?
- Zijn jullie Elena's vriendinnen?
- Zijn jullie de vrienden van Elena?
- Zijn jullie de vriendinnen van Elena?

¿Ustedes son las amigas de Elena?

Voor Dan heb ik een stropdas gekocht, voor Elena koop ik een sjaal.

- Compré una corbata para Dan y compraré una bufanda para Elena.
- He comprado una corbata para Dan y voy a comprarle una bufanda a Elena.