Translation of "Kleur" in German

0.019 sec.

Examples of using "Kleur" in a sentence and their german translations:

- Ik hou van die kleur.
- Ik hou van deze kleur.

Diese Farbe gefällt mir.

- Welke kleur heeft de sinaasappel?
- Welke kleur heeft de appelsien?

Welche Farbe hat die Orange?

Ik haat die kleur.

Ich finde die Farbe fürchterlich.

Rood is een kleur.

Rot ist eine Farbe.

- Vind je dit een mooie kleur?
- Vind je deze kleur leuk?

Magst du diese Farbe?

- Aan welke kleur dacht u?
- Aan welke kleur hebt u gedacht?

An welche Farbe haben Sie denn gedacht?

Welke kleur is jouw potlood?

- Was für eine Farbe hat dein Stift?
- Was für eine Farbe hat Ihr Stift?

Ik hou van die kleur.

- Ich mag diese Farbe.
- Diese Farbe gefällt mir.

Welke kleur had Napoleons schimmel?

- Welche Farbe hatte das weiße Pferd Napoleons?
- Welche Farbe hatte der Schimmel von Napoleon?

Mijn favoriete kleur is rood.

Meine Lieblingsfarbe ist Rot.

Mijn favoriete kleur is oranje.

Meine Lieblingsfarbe ist Orange.

Welke kleur heeft de vogel?

Welche Farbe hat der Vogel?

Cyaan is een groenblauwe kleur.

Cyan ist eine grünlich-blaue Farbe.

Die kleur staat me niet.

Die Farbe steht mir nicht.

Welke kleur is deze bloem?

Welche Farbe hat diese Blume?

Wat is jouw favoriete kleur?

Was ist deine Lieblingsfarbe?

Oranje is Toms favoriete kleur.

Orange ist Toms Lieblingsfarbe.

Welke kleur heeft jouw jas?

Welche Farbe hat dein Mantel?

Welke kleur heeft jullie jas?

Welche Farbe hat Ihr Mantel?

Aan welke kleur dacht u?

An welche Farbe haben Sie denn gedacht?

Ik hou ook van deze kleur.

Mir gefällt diese Farbe auch.

De kleur van Esperanto is groen.

Die Farbe von Esperanto ist Grün.

Vind je dit een mooie kleur?

Gefällt Ihnen diese Farbe?

Alle kleur trok weg uit zijn gezicht.

Ihm wich alle Farbe aus dem Gesicht.

De kleur van de computer is rood.

Die Farbe des Computers ist rot.

Ik haat de kleur van deze muren.

Die Farbe dieser Wände gefällt mir überhaupt nicht.

De kleur van de stof is blauw.

Die Farbe des Stoffes ist blau.

Ik haat de kleur van deze muur.

Ich hasse die Farbe dieser Wand.

Tom weet niet welke kleur hij moet kiezen.

- Tom weiß nicht, welche Farbe zu wählen ist.
- Tom weiß nicht, welche Farbe er aussuchen soll.

De blaadjes zijn begonnen van kleur te veranderen.

Die Blätter haben angefangen, die Farben zu verändern.

Deze shirts zijn hetzelfde. Ze hebben dezelfde kleur. .

Diese Hemden sind gleich; die haben die gleiche Farbe.

Wat is de kleur van Tom zijn haar?

Welche Haarfarbe hat Tom?

Welke kleur heb je liever, blauw of groen?

- Welche Farbe ziehst du vor: Blau oder Grün?
- Welche Farbe ziehen Sie vor: Blau oder Grün?
- Welche Farbe zieht ihr vor: Blau oder Grün?

Die heldere kleur op hun rug is een waarschuwing.

Als Warnung haben die Frösche diese helle Farbe am Rücken.

Hun kleur, textuur, patroon, huid aanpassen. Het is prachtig.

Sie passen Farbe, Struktur, Muster, Haut an. Es ist wunderschön.

Deze doos heeft een andere kleur dan die daar.

Diese Schachtel hat eine andere Farbe als jene.

- Mijn favoriete kleur is oranje.
- Mijn lievelingskleur is oranje.

Meine Lieblingsfarbe ist Orange.

Welke kleur denk je dat Tom leuker zal vinden?

- Was glaubt ihr, welche Farbe Tom besser gefallen wird?
- Was glauben Sie, welche Farbe Tom besser gefallen wird?
- Was glaubst du, welche Farbe Tom besser gefallen wird?

- Wat is jouw favoriete kleur?
- Wat is jouw lievelingskleur?

- Was ist deine Lieblingsfarbe?
- Welche Farbe gefällt dir am besten?

Welke kleur had de appel die hij je gaf?

Welche Farbe hatte der Apfel, den er dir gegeben hat?

De kleur waar ik gek op ben, is rood.

Meine Lieblingsfarbe ist Rot.

Zie je de kleur? Dat betekent dat je zwanger bent!

Siehst du die Farbe? Das bedeutet, du bist schwanger!

Welk merk en kleur heeft de auto van de directeur?

Was für eine Marke und Farbe hat das Auto des Direktors?

- Ik hou van de kleur zwart.
- Ik hou van zwart.

Mir gefällt die Farbe Schwarz.

Zonder kleur ziet de wereld er grauw en saai uit.

Ohne Farbe sieht die Welt grau und öde aus.

Kleur is zo vanzelfsprekend dat we er nauwelijks over nadenken.

Farbe ist so offenkundig, dass wir kaum darüber nachdenken.

Heb je een favoriete kleur? Zo ja, welke is het?

Hast du eine Lieblingsfarbe? Falls ja, welche ist es?

Net als wij ziet hij niet veel kleur in het maanlicht.

Wie wir kann er im Mondlicht kaum Farben erkennen.

Dit lelijke geel herinnert mij aan de kleur van uw laken.

Dieses hässliche Gelb erinnert mich an die Farbe deines Betttuchs.

Verantwoordelijk voor de blauw-groene kleur van Uranus is koud methaangas.

Für die blaugrüne Färbung des Uranus ist kaltes Methangas verantwortlich.

Welke kleur heeft de uiterst rechtse ring op de olympische vlag?

Welche Farbe hat der äußerste rechte Ring auf der Olympischen Flagge?

- Het is geel van kleur.
- Het is geel.
- Hij is geel.

Seine Farbe ist gelb.

- Wat is jouw lievelingskleur, blauw of groen?
- Welke kleur heb je liever, blauw of groen?
- Aan welke kleur geeft u de voorkeur, blauw of groen?

- Welche Farbe ziehst du vor: Blau oder Grün?
- Welche Farbe ziehen Sie vor: Blau oder Grün?
- Welche Farbe zieht ihr vor: Blau oder Grün?

Van welke kleur hou je het meest? Van blauw of van rood?

- Welche Farbe gefällt dir besser? Blau oder Rot?
- Welche Farbe ist dir lieber? Blau oder Rot?