Translation of "Afgelopen" in German

- Spel afgelopen.
- Wedstrijd afgelopen.

Das Spiel ist aus.

- Tom kwam afgelopen maandag.
- Tom is afgelopen maandag gekomen.

- Tom kam letzten Montag.
- Tom ist letzten Montag gekommen.

De afgelopen paar jaar

Im Verlauf der letzten paar Jahre

Het gebeurde afgelopen oktober.

Es geschah letzten Oktober.

Hoe is het afgelopen?

Wie ging es aus?

Het was afgelopen week.

- Es war letzte Woche.
- Es war vergangene Woche.

Ze is afgelopen jaar geboren.

Sie wurde letztes Jahr geboren.

Morgen is de conferentie afgelopen.

Morgen endet die Konferenz.

Tom bezocht afgelopen zomer Australië.

Tom war vergangenen Sommer in Australien.

Het tweede semester is afgelopen.

Das zweite Semester hat geendet.

Tom is afgelopen jaar overleden.

Tom ist im letzten Jahr verstorben.

Gelukkig is het goed afgelopen.

Zum Glück ging es gut aus.

Ik ben afgelopen maand verhuisd.

Ich bin im letzten Monat umgezogen.

Zijn broer is afgelopen maand overleden.

- Sein Bruder ist letzten Monat verschieden.
- Sein Bruder ist letzten Monat gestorben.

Wat is er afgelopen nacht gebeurd?

Was ist gestern abend passiert?

Het heeft afgelopen jaar veel gesneeuwd.

Es hat letztes Jahr viel geschneit.

Ze was afgelopen maand in Amerika.

Sie war letzten Monat in Amerika.

Wat heb je afgelopen zondag gedaan?

Was hast du letzten Sonntag gemacht?

Ze heeft afgelopen maand ontslag genomen.

Sie hat ihren Job letzten Monat gekündigt.

Waar ben je afgelopen weekend heengegaan?

- Wo bist du letztes Wochenende hingegangen?
- Wo sind Sie letztes Wochenende hingegangen?
- Wo seid ihr letztes Wochenende hingegangen?

Afgelopen jaar kreeg ik een beroerte.

Letztes Jahr hatte ich einen Schlaganfall.

Wat heb je afgelopen nacht gedaan?

- Was hast du letzte Nacht gemacht?
- Was hast du gestern Nacht gemacht?

Afgelopen lente heb ik Boston bezocht.

Ich besuchte Boston letzten Frühling.

We hebben afgelopen maandag pizza gegeten.

Wir haben letzten Montag gegessen.

Sinds afgelopen woensdag is ze ziek.

- Sie ist seit letztem Mittwoch krank.
- Sie ist seit letzten Mittwoch krank.

Ons team werkte de afgelopen jaren hard

Unser Team hat die letzten Jahre hart daran gearbeitet,

De vergadering was om 12 uur afgelopen.

Das Treffen war um 12 Uhr zu Ende.

Waarom kon je afgelopen nacht niet slapen?

Warum konntest du letzte Nacht nicht schlafen?

Ik heb afgelopen donderdag mijn huis verkocht.

- Letzten Donnerstag habe ich mein Haus verkauft.
- Ich habe letzten Donnerstag mein Haus verkauft.

- Het is allemaal afgelopen.
- Alles is voorbij.

- Die Sache ist gelaufen.
- Jetzt ist der Ofen aus.
- Es ist alles vorbei.
- Alles ist vorbei.

Waarom belde je me niet afgelopen nacht?

- Warum hast du mich gestern Abend nicht angerufen?
- Warum habt ihr mich gestern Abend nicht angerufen?
- Warum haben Sie mich gestern Abend nicht angerufen?

Haar oudere zus is afgelopen maand getrouwd.

Seine ältere Schwester hat im letzten Monat geheiratet.

Zijn zoon is het afgelopen jaar gestorven.

Sein Sohn ist letztes Jahr gestorben.

Afgelopen maand heb ik mijn rijbewijs verlengd.

Ich habe letzten Monat meinen Führerschein erneuern lassen.

Zijn oudere broer is afgelopen maand overleden.

Sein älterer Bruder ist letzten Monat gestorben.

Om negen uur was het spel afgelopen.

Das Spiel war um neun Uhr zu Ende.

Het afgelopen jaar heeft het veel geregend.

Voriges Jahr hat es viel geregnet.

Afgelopen zondag lag Tom ziek op bed.

Tom lag letzten Sonntag krank im Bett.

Ik had een nare droom afgelopen nacht.

Letzte Nacht hatte ich einen schlechten Traum.

De temperatuur was afgelopen week boven nul.

Die Temperaturen lagen letzte Woche über Null.

We hebben er afgelopen week over gesproken.

Wir diskutierten das letzte Woche.

Tom en Mary zijn afgelopen voorjaar getrouwd.

Tom und Maria haben im letzten Frühling geheiratet.

Ik ben klaar met die Bounty's: afgelopen.

Ich bin fertig mit Bounty-Riegeln.

- Afgelopen week heeft ze een schitterende dochter gekregen.
- Afgelopen week is ze bevallen van een mooie dochter.

Letzte Woche hat sie eine schöne Tochter zur Welt gebracht.

Afgelopen zondag ben ik naar het park gegaan.

Letzten Sonntag ging ich in den Park.

Ik heb afgelopen nacht een grappige droom gehad.

- Ich hatte letzte Nacht einen lustigen Traum.
- Ich habe vergangene Nacht einen lustigen Traum gehabt.

We hebben goed weer gehad de afgelopen tijd.

Wir haben in letzter Zeit gutes Wetter gehabt.

De temperatuur was de afgelopen nacht onder nul.

Die Temperatur war in der vergangenen Nacht unter Null.

Ze was afgelopen maand in de Verenigde Staten.

Sie war letzten Monat in den Vereinigten Staaten.

Ik ben afgelopen winter in Canada gaan skiën.

- Ich war letzten Winter Skilaufen in Kanada.
- Ich war letzten Winter in Kanada Ski laufen.
- Letzten Winter war ich in Kanada Ski laufen.
- In Kanada war ich letzten Winter zum Skilaufen.
- Zum Skilaufen war ich letzten Winter in Kanada.

Ik heb sinds afgelopen nacht een lichte hoofdpijn.

Ich habe seit gestern Nacht leichte Kopfschmerzen.

Tom is afgelopen weekend naar een familiereünie geweest.

Tom ist letztes Wochende auf einer Familienwiedervereinigung gewesen.

Voortaan is het afgelopen zodra ik het weet.

Ab jetzt beende ich es, wenn es mir klar wird.

Afgelopen week heeft ze een schitterende dochter gekregen.

Sie hat letzte Woche ein hübsches kleines Mädchen bekommen.

- Heeft u de staat verlaten in de afgelopen 14 dagen?
- Heb je de staat verlaten in de afgelopen 14 dagen?

Haben Sie den Bundesstaat innerhalb der letzten 14 Tage verlassen?

Ik had de afgelopen 10 jaar non-stop gewerkt

Ich hatte die vorausgegangenen 10 Jahre ununterbrochen gearbeitet

Ik kwam Mary tegen op het feest afgelopen week.

Ich habe Mary zufällig letzte Woche auf der Party getroffen.

Hij verbleef de afgelopen vijf dagen in dat hotel.

Er hat die letzten fünf Tage im Hotel verbracht.

De voorstelling was om tien uur ‘s avonds afgelopen.

Die Vorstellung endete um zehn Uhr abends.

Ze heeft afgelopen maand een reis naar Europa gemaakt.

Letzten Monat ist sie nach Europa gereist.

Laten we vergeten wat er afgelopen nacht gebeurd is.

- Vergessen wir, was letzte Nacht passiert ist.
- Lasst uns vergessen, was sich vergangene Nacht abgespielt hat.