Translation of "Wassen" in Finnish

Paula gaat de auto morgen wassen.

Paula aikoo pestä auton huomenna.

Ik ga even mijn handen wassen.

Käyn pesaisemassa käteni.

Tom is zijn auto aan het wassen.

Tom pesee autoaan.

Hij is de auto aan het wassen.

- Hän pesee auton.
- Hän pesee autoa.
- Hän on pesemässä autoa.

Tom heeft zijn auto door Marie laten wassen.

- Tom pesetti autonsa Marilla.
- Tom pesetytti autonsa Marilla.

- Hij is de auto aan het wassen.
- Hij wast de auto.

- Hän pesee autoa.
- Hän on pesemässä autoa.

- Wiens beurt is het om de afwas te doen?
- Wie is aan de beurt om af te wassen?

- Kenen vuoro pestä astiat?
- Kenen vuoro tiskata?

Op het labeltje aan mijn sjaal staat: "Binnenstebuiten wassen en strijken." Ik vraag me af hoe ik dat moet doen.

Kaulahuivissani on lappu: "Pestävä ja silitettävä nurin käännettynä." Mitenkähän se pitäisi tehdä?