Translation of "Ouder" in English

Hallo ouder!

Hello parent!

De ouder van een ouder is een grootouder.

The parent of a parent is a grandparent.

Ik word ouder.

- I'm getting old.
- I am getting old!

Tom is ouder.

- Tom's older.
- Tom is older.

Hij wordt ouder.

- He is getting old.
- He's getting old.

Mijn vader wordt ouder

My dad is growing older now,

Ik ben geen ouder.

I'm not a parent.

- Ik ben ouder dan uw broer.
- Ik ben ouder dan je broer.

- I'm older than your brother.
- I am older than your brother.

Ken is ouder dan Seiko.

Ken is older than Seiko.

Tom is ouder dan ik.

- Tom is older than I.
- Tom is older than I am.
- Tom is older than me.
- Tom's older than me.

Zij is ouder dan Tom.

She's older than Tom.

John is ouder dan Robert.

John is older than Robert.

Ik ben ouder dan jij.

- I'm older than you.
- I am older than you.

Word niet ouder, word wijzer!

Don't grow old, grow wise!

Mama is ouder dan papa.

Mom is older than Dad.

Zij is ouder dan hij.

She's older than him.

Jij bent ouder dan Tom.

You're older than Tom.

Je bent ouder dan ik.

You're older than me.

Tom is ouder dan Mary.

Tom is older than Mary.

We zijn een beetje ouder.

We're a little older.

Ze zijn ouder dan jij.

They're older than you.

- Tom is zeker ouder dan dertig jaar.
- Tom is zeker ouder dan dertig.

Tom is certainly over thirty.

- Hun ouders zijn ouder dan de mijne.
- Haar ouders zijn ouder dan de mijne.
- Zijn ouders zijn ouder dan de mijne.

Her parents are older than mine.

- Hij is 3 jaar ouder dan zij.
- Hij is drie jaar ouder dan zij.
- Hij is drie jaar ouder dan zij is.

- He is older than she is by three years.
- He's three years older than she is.
- He's three years older than her.

- Ik schat haar ouder dan dertig.
- Ik schat dat ze ouder dan dertig is.

I guess that she is over thirty.

- Hij is 3 jaar ouder dan zij.
- Hij is drie jaar ouder dan zij.

- He is older than she is by three years.
- He's three years older than she is.
- He's three years older than her.

- Je ziet er ouder uit dan ik.
- Jullie zien er ouder uit dan ik.

You look older than I am.

Geen leraar, geen ouder, geen mens

No teacher, no parent, no human

Tom is veel ouder dan Mary.

Tom is much older than Mary.

Mijn auto is ouder dan ik.

My car is older than me.

Ze zijn allemaal ouder dan u.

They're all older than you.

Hij is zeker ouder dan zestig.

He must be over sixty.

Hij is veel ouder dan Ken.

He is much older than Ken.

Ben jij ouder dan 18 jaar?

- Are you over 18?
- Are you over eighteen years old?

Tom is iets ouder dan dertig.

Tom is a little over thirty.

- Hij wordt ouder.
- Hij wordt oud.

- He is getting old.
- He was getting old.
- He's getting old.

Ik ben ouder dan je broer.

- I'm older than your brother.
- I am older than your brother.

Ze zijn wellicht ouder dan wij.

They might be older than us.

Is jouw zus ouder dan jij?

Is your sister older than you?

Dit boek is ouder dan dat.

This book is older than that one.

Sami is ouder dan 60 jaar.

Sami is over sixty.

Hij is stukken ouder dan ik.

He's quite a bit older than me.

Tom is zoveel ouder dan ik.

Tom is so much older than I am.

- De schoonzus van een ouder is een tante.
- De zwagerin van een ouder is een tante.
- De zwageres van een ouder is een tante.

The sister-in-law of a parent is an aunt.

- De schoonbroer van een ouder is een oom.
- De zwager van een ouder is een oom.

The brother-in-law of a parent is an uncle.

- De zwagerin van een ouder is een tante.
- De zwageres van een ouder is een tante.

The sister-in-law of a parent is an aunt.

John is twee jaar ouder dan ik.

- John is senior to me by two years.
- John's two years older than me.
- John is two years older than me.
- John is two years older than I am.