Translation of "الطفل" in Dutch

0.005 sec.

Examples of using "الطفل" in a sentence and their dutch translations:

الطفل جاهز للخروج.

De baby kon geboren worden.

الطفل خائف من الظلام.

Het kind is bang in het donker.

الطفل يحتاج الى الحنان.

Een kind heeft liefde nodig.

‫ولديك ذلك الطفل الصغير الذي يكبر.‬

En je hebt een jong, opgroeiend kind.

أحس الطفل بالأمان بين ذراعي أمه.

Het kind voelde zich veilig in de armen van zijn moeder.

نبض قلب الطفل كان ١٤٣ ، وهذٰا طبيعي.

de hartslag van de baby was 143, wat normaal is.

أشرق وجه الطفل حين رأى بابا نويل.

Het gezicht van het kind straalde als de zon toen hij de kerstman zag.

لأن الطفل لن يتمكن من الحصول على وظيفة لو أنه يتحدث بهذه اللغة.

Want het kind kan geen job vinden als het die taal spreekt.

- بكى الطفل طوال اليل.
- بقي الرضيع يبكي طول الليل.
- أخذ الصغير يبكي طيلة الليل.

- De baby huilde de hele nacht.
- De baby huilde de hele nacht door.