Examples of using "Yemeği" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben van plan samen met hem te lunchen.
Avondeten!
- Ik ben van plan samen met hem te lunchen.
- Ik ben van plan om met hem te lunchen.
Het is etenstijd.
We zijn aan het lunchen.
Ik ben aan het lunchen.
over zijn lunchtijd."
Het is etenstijd.
- Het diner was geweldig.
- Het avondeten was geweldig.
We hebben geluncht.
Vond je de maaltijd lekker?
Het Italiaanse eten was heerlijk.
Het is etenstijd.
Het avondeten is klaar.
Ik zal lunchen.
Ik heb lunch meegenomen.
Laat ons gaan lunchen.
Ik ben aan het lunchen.
Het is tijd voor het middageten.
- Wat eet zij?
- Wat is ze aan het eten?
- Wat eet ze?
Het avondeten is klaar.
Het avondeten is bijna klaar.
Het avondeten is bijna klaar.
Ik heb zojuist geluncht.
En gebruikt zijn neus om voedsel te zoeken.
Konijnen houden van wortels.
Ik eet graag taart.
- Heb je al geluncht?
- Hebt ge al middageten gehad?
Ga je dineren?
Het diner ruikt heerlijk.
De mannen zijn aan het lunchen.
Bedankt voor het eten.
Aardappels eten veroorzaakt winderigheid.
Soms maak ik eten.
Hij luncht.
Iedereen houdt van gratis eten.
Ik was aan het lunchen.
Het avondeten was zo lekker.
Ze hadden lunch.
Heb je lunch gehad?
Ze maakt het avondeten klaar.
Ik ben opgegroeid met de Japanse keuken.
Ik heb nog niet gegeten.
Ik hou van rauw voedsel.
Heb je de kat gevoed?
- Heb je je lunch op?
- Ben je klaar met het eten van je lunch?
Gaan jullie thuis dineren?
- Wanneer eet je het avondeten?
- Wanneer dineer je?
Ik heb snel geluncht.
- Heb je ooit dit gerecht gegeten?
- Heb je dit gerecht ooit gegeten?
Waar ga je vandaag lunchen?
Hij is nu lunch aan het eten.
Mijn moeder is bezig het avondeten te koken.
We dineerden in een restaurant.
Ik was met Tom aan het dineren.
- Hij is nu lunch aan het eten.
- Hij is nu aan het lunchen.
- Wat wil je voor het diner?
- Wat wil je voor het avondeten?
Moeder maakte ons middageten klaar.
- Hebt ge al middageten gehad?
- Hebt ge al gegeten deze middag?
Heb je nog geen middageten gegeten?
Ik wil je mee uit eten nemen.
Tom eet zelden Italiaans eten.
Ben je al gewend aan Japans eten?
We hadden net avondeten.
Tom lunchte in de cafetaria.
Heb je weleens Mexicaans gegeten?
Ik heb even snel geluncht.
Je hoeft geen lunch mee te nemen.
Ik moet vandaag de lunch bereiden.
Ik heb zojuist geluncht.
- Ik heb juist gegeten.
- Ik ben net klaar met eten.
Wat wil je eten?
- Thomas eet graag rauwe oesters.
- Tom eet graag rauwe oesters.
Het avondeten is bijna klaar.
Bijna iedereen waardeert goed eten.
Gisteravond heeft Tom geen avondeten gegeten.
- Tom maakte spaghetti voor het avondeten.
- Tom heeft spaghetti voor het avondeten gemaakt.
Dank je voor het diner, het is zo lekker!
Taiwanees eten is milder dan Indiaas eten.
Ik wil in een restaurant dineren.
Moeder maakte ons middageten klaar.
We hadden een vroege lunch.
Het officiële diner vond plaats in het Witte Huis.
Ik heb 's middags een slaatje gegeten.
Gewoonlijk eten we lunch om twaalf uur ‘s middags.
Ik maak elke dag lunch.