Examples of using "Masada" in a sentence and their dutch translations:
Ze zitten aan tafel.
Hij zit aan tafel.
Hij zit aan tafel.
Er ligt stof op de tafel.
Er ligt een kaart op het bureau.
Tom zit daar aan die tafel.
Er staat een radio op tafel.
Er ligt geen sinaasappel op tafel.
Er ligt een pen op het bureau.
Er zit een geheime la in het bureau.
Hoeveel tijdschriften liggen er op de tafel?
Er ligt zelfs geen sinaasappel op tafel.
- Op tafel lag een blauw schrift.
- Er lag een blauw schrift op de tafel.
Er liggen twee of drie pennen op het bureau.
Tom beklaagde zich bij de receptie over het lawaai.
Er ligt een appel op tafel.
Ik heb het over deze pen, niet die daar op het bureau.
Er liggen geen sinaasappels op tafel.