Examples of using "Gitmelisin" in a sentence and their dutch translations:
Je kan maar beter gaan.
Je moet naar de dokter gaan.
- Je moet terug.
- Je moet teruggaan.
Je moet je omkleden.
- Je moet nu weg.
- Je moet nu vertrekken.
- Waarom moet je ervandoor?
- Waarom moet je weg?
- Ge zoudt beter slapen.
- Je kan maar beter naar bed gaan.
Ga nu maar naar huis.
- Misschien zou je weg moeten gaan.
- Misschien moet je weggaan.
Ik denk dat je nu beter gaat.
Je moet vroeg naar bed gaan.
- Misschien moet je naar bed.
- Misschien kan je maar beter naar bed gaan.
Als hij naar jou gevraagd heeft, moet je gaan.
Je moet naar de tandarts gaan.
Je zou je haar moeten laten knippen.
Je moet vroeg naar huis gaan.
- Je kan maar beter naar huis gaan.
- Je kunt beter naar huis gaan.
Je kunt beter onmiddellijk naar je huisarts gaan.
Je moet naar huis gaan.
Je moet naar huis.
Als je op de foto in je paspoort begint te lijken moet je op vakantie gaan.
Als je al een week last hebt van je maag, moet je naar de dokter gaan.