Examples of using "Arabayla" in a sentence and their dutch translations:
Ze zijn met de auto naar Chicago gegaan.
Ik neem je mee.
Ik ben met de auto naar Kioto gereden.
Ze reden naar het station per auto.
Ik gaf Tom een lift.
Ik heb een lift nodig.
Hij ging naar school per auto.
Geef me een lift.
Ze reden weg.
Ze reden weg.
We gingen op safari met een huurauto.
Voor zover ik weet komt hij met de auto.
Hij rijdt dikwijls naar de bibliotheek.
Ik gaf Tom een lift naar huis.
Ik heb een lift naar huis nodig.
Voor zover ik weet komt hij met de auto.
Zij reden naar huis.
Tom ging naar de rijschool.
- Waarom gaan we geen autorit maken?
- Waarom maken we geen ritje met de auto?
Geef ik je een lift?
- Tom nam Mary mee in zijn auto.
- Tom gaf Mary een lift.
Sami reed naar de moskee.
Hij kwam met de auto in plaats van de trein.
Ken reed Tom naar het ziekenhuis.
Tom zal je naar de luchthaven voeren.
Tom was degene die Maria naar het ziekenhuis reed.
Zullen we lopen of met de auto gaan?
Vroeger reden ze naar de Haven van Nagoya voor het weekend.
Hij heeft mij naar school in een auto gebracht.
Dus gingen we twee weken rondrijden in Costa Rica,
- Vanaf dit punt gaan we met de auto.
- Vanaf dit moment zullen we per auto gaan.
Vanuit een statistisch oogpunt is een vliegtuigvlucht veiliger dan een trip met de auto.
Tom zal je naar de luchthaven voeren.