Examples of using "Casualidad" in a sentence and their dutch translations:
Ik vond dit restaurant toevallig.
Niets gebeurt toevallig.
Wat een verrassing je hier tegen het lijf te lopen.
Kent ge toevallig niet zijn naam?
Toevallig ben ik hem tegengekomen.
Ik kwam dat restaurant toevallig tegen.
Kent ge toevallig niet zijn naam?
Weet je toevallig waar ze woont?
Ik leerde hen per toeval kennen in 2010.
We ontmoetten elkaar toevallig bij het station.
Kent gij toevallig een professor Braun?
Het was niet meer dan een toeval.
We hebben haar toevallig ontmoet in het park.
Ik trof hem puur toevallig.
Ik kwam haar toevallig op straat tegen.
Ik heb toevallig uw moeder gezien in de bibliotheek.
Toevallig kwam ik haar in de winkel tegen.
Toen de bom ontplofte, was ik daar bij toeval.
Ik heb bij toeval een oude vriend in Tokyo ontmoet.
Als Jason me toevallig belt, vertel hem dan dat ik er niet ben.
Kent gij toevallig een heer met de naam Braun?
Ik heb hem eergisteren toevallig ontmoet op de trein.
Het was puur toeval dat Mary en ik op dezelfde trein zaten.
Geheel toevallig ontmoette ik mijn oude vriend in de luchthaven.
Ik ontmoette mijn leraar per toeval in het restaurant gisteravond.
Het thema van de verwarming van de aarde kwam toevallig ter sprake tijdens de conferentie.