Examples of using "пожар" in a sentence and their dutch translations:
Brand!
- Vuur! Maak dat je wegkomt!
- Brand! Maak dat je wegkomt!
Brand! Maak dat je wegkomt!
- Vuur!
- Brand!
De brand begon in de keuken.
De brand werd vlug geblust.
De brand verspreidde zich snel.
"Vuur!" schreeuwde hij.
- Het vuur is volledig gedoofd.
- Het vuur is volledig geblust.
Het vuur heeft tien huizen vernietigd.
Er is gisternacht een brand uitgebroken.
Het vuur is uitgegaan.
Het vuur verwoestte drie huizen.
Plotseling brak er brand uit in de bioscoop.
Hoe kan men snel een brand blussen?
"Vuur!" schreeuwde hij.
De brand was vlug onder controle.
Volgens de krant was er gisteren een grote brand.
Vorige nacht was er een grote brand in de buurt.
De bosbrand ontstond op natuurlijke wijze.
Volgens de krant was er gisteren een grote brand.
Tom slaagde erin het vuur te blussen.