Translation of "Livros" in Dutch

0.022 sec.

Examples of using "Livros" in a sentence and their dutch translations:

- Estes livros são meus.
- Esses livros são meus.
- Esses livros me pertencem.

Deze boeken zijn van mij.

- Quantos livros você tem?
- Quantos livros tu tens?

Hoeveel boeken hebben jullie?

- Estes livros são pesados.
- Estes livros estão pesados.

Deze boeken zijn zwaar.

Tenho dois livros.

Ik heb twee boeken.

João vendia livros.

John verkocht vroeger boeken.

Eu adoro livros.

Ik hou van boeken.

Ele escreve livros.

Hij schrijft boeken.

São meus livros.

Dat zijn mijn boeken.

Folheie os livros.

Lees boeken.

- Eu gosto de ler livros.
- Gosto de ler livros.

Ik lees graag boeken.

- Ela tem 2.000 livros.
- Ela tem dois mil livros.

- Ze bezit tweeduizend boeken.
- Ze heeft tweeduizend boeken.

- Eu preciso de muitos livros.
- Preciso de muitos livros.

Ik heb veel boeken nodig.

- De quem são estes livros?
- De quem são esses livros?

- Van wie zijn die boeken?
- Van wie zijn deze boeken?

- Eu comprei muitos livros.
- Eu comprei um monte de livros.

Ik kocht veel boeken.

Você tem muitos livros.

- U heeft veel boeken.
- Jij hebt veel boeken.
- Jullie hebben veel boeken.

Aqueles livros são meus.

Die boeken zijn van mij.

Eu não leio livros.

Ik lees geen boeken.

Os livros me fascinam.

Boeken fascineren me.

Eu tenho muitos livros.

Ik heb veel boeken.

Ela tem 2.000 livros.

Ze heeft tweeduizend boeken.

Li os dois livros.

Ik heb beide boeken gelezen.

Ele escreveu dois livros.

- Hij heeft twee boeken geschreven.
- Hij schreef twee boeken.

Quantos livros ele tem?

Hoeveel boeken heeft hij?

Aqui estão nossos livros.

- Dit zijn onze boeken.
- Hier zijn onze boeken.

Estes são nossos livros.

Dit zijn onze boeken.

Estes livros são novos.

Die boeken zijn nieuw.

Há dois mil livros.

Er zijn tweeduizend boeken.

Leio livros com frequência.

Ik lees vaak boeken.

Eu adoro ler livros.

Ik hou van boeken lezen.

Ela escreveu vários livros.

Ze heeft verschillende boeken geschreven.

Ela tem alguns livros.

Ze heeft enkele boeken.

Eles têm poucos livros.

Ze hebben weinig boeken.

Esses livros são velhos.

Deze boeken zijn oud.

Dei-lhe alguns livros.

Ik heb haar enkele boeken gegeven.

Os livros são pequenos.

De boeken zijn klein.

Eu li muitos livros.

Ik heb veel boeken gelezen.

Esses livros são meus.

Deze boeken zijn mijn boeken.

Estes livros são meus.

Deze boeken zijn van mij.

Você tem dois livros?

Heb je twee boeken?

Preciso de muitos livros.

Ik heb veel boeken nodig.

Ele leu muitos livros.

Hij las veel boeken.

Esses livros são seus?

Zijn dit jouw boeken?

Tom escreveu muitos livros.

Tom heeft veel boeken geschreven.

Comprei vários livros ontem.

Gisteren heb ik een paar boeken gekocht.

Você lê muitos livros?

Lees je veel boeken?

Você tem outros livros?

Heb je nog andere boeken?

O importante não é quantos livros, mas quais livros você lê.

Het gaat er niet om hoeveel boeken je leest, maar welke boeken je leest.

- Nós temos uma ampla variedade de livros.
- Temos uma vasta gama de livros.
- Temos uma ampla variedade de livros.

We hebben een ruime keuze aan boeken.

- Eu não li todos esses livros.
- Eu não li todos estes livros.

Ik heb niet al deze boeken gelezen.

- Não há muitos livros nestas estantes.
- Não há muitos livros nestas prateleiras.

Er staan niet veel boeken op deze planken.

- Ela tem tantos livros como eu.
- Ela tem tantos livros quanto eu.

Ze heeft evenveel boeken als ik.

Meu pai tem muitos livros.

Mijn vader heeft veel boeken.

Fabre escreveu livros sobre insetos.

Fabre schreef boeken over insecten.

Ela gosta de ler livros.

Ze leest graag boeken.

Ele me emprestou dois livros.

- Hij heeft mij twee boeken geleend.
- Hij leende me twee boeken.

É importante ler muitos livros.

Het is belangrijk om veel boeken te lezen.

Aqueles são os meus livros.

Dat zijn mijn boeken.

Ela tem dois mil livros.

Ze heeft tweeduizend boeken.

Tenho pelo menos dez livros.

Ik heb ten minste tien boeken.

Onde estão os meus livros?

Waar zijn mijn boeken?

Ler livros é muito interessante.

Boeken lezen is erg interessant.

Ele gosta de ler livros.

Hij leest graag boeken.

Dei a ele alguns livros.

Ik heb hem een paar boeken gegeven.

De quem são esses livros?

Van wie zijn die boeken?

Onde eu posso comprar livros?

Waar kan ik boeken kopen?

Ontem eu vendi dois livros.

Gisteren heb ik twee boeken verkocht.