Translation of "Cantou" in Dutch

Cantou e cantou.

Hij zong en zong.

Maria cantou?

Heeft Maria ondertekend?

Ele cantou uma canção.

Hij zong een lied.

Tom cantou uma música.

- Tom zong een lied.
- Tom zong een liedje.

Tom cantou muitas músicas antigas.

Tom zong veel oude liedjes.

Tom cantou melhor que Maria.

Tom zong beter dan Maria.

Dick tocou piano e Lucy cantou.

Dick speelde piano en Lucy zong.

Tom tocou piano e Maria cantou.

Tom speelde piano en Mary zong.

O que o John cantou no palco?

Wat heeft John op het toneel gezongen?

- Cantaste.
- Tu cantaste.
- Você cantou.
- Vocês cantaram.

Jullie zongen.

Ela nunca cantou uma canção com ele.

Ze heeft nog nooit een liedje met hem gezongen.