Examples of using "Szachy" in a sentence and their dutch translations:
John houdt van schaken.
Wij spelen dikwijls schaak.
Kunt ge schaak spelen?
Ik hou van schaken.
Ik hou van schaken.
Ken heeft tegen mij gewonnen met schaken.
John is goed in schaken.
Jan houdt van schaken.
Als je wil, zal ik je leren om te schaken.