Translation of "Niedaleko" in Dutch

To niedaleko.

Het is niet zo ver.

Mieszkam niedaleko.

Ik woon hier in de buurt.

Nauczyciel mieszka tu niedaleko.

- Onze leraar woont vlakbij.
- Onze leraar woont in de buurt.

Moje mieszkanie jest niedaleko.

- Mijn appartement is in de buurt.
- Mijn appartement is dichtbij.

Japonia jest niedaleko Chin.

Japan ligt dicht bij China.

Tom mieszka niedaleko stąd.

- Tom woont in de buurt.
- Tom woont hier in de buurt.

Dworzec jest tu niedaleko.

- Het treinstation is dichtbij.
- Het station is dichtbij.

To niedaleko od hotelu.

Het is niet ver van het hotel.

To niedaleko od Paryża.

Het is niet ver van Parijs.

Niedaleko pada jabłko od jabłoni.

De appel valt niet ver van de boom.