Examples of using "Człowiek" in a sentence and their dutch translations:
Wie is die persoon?
Hij is sterk.
Hij is extravert.
Hij is een goed mens.
Een mens moet werken.
De mens is een wolf voor de mens.
De mens wikt, God beschikt.
Deze man heeft een paard.
- Wie is deze persoon?
- Wie is die persoon?
Hij is een betrouwbaar persoon.
Hij is een mens zonder scrupules.
Mensen kunnen niet leven zonder lucht.
De jongeman stal haar tas.
Een mens leeft niet van brood alleen.
Het is mogelijk. De mens kan het.
Men raakt nooit uitgeleerd.
Om het eenvoudig te zeggen: een mens is samengesteld uit vele cellen.
Zover mij bekend, is hij een goed persoon.
Papa is een man die hard werkt.
Een robot kan meer werken dan een man.
De mens is het enige dier dat in staat is te spreken.
Een wijze leert uit zijn fouten.
De mens is het enige dier dat gebruikmaakt van vuur.
Deze man toonde dit lang geleden aan met behulp van wiskunde.
De mens is het enige dier dat gebruikmaakt van vuur.
Gevangenschap kent enorme eenzaamheid. Om te overleven...
De man schaamde zich ervoor dat hij arm geboren was.
- De jonge man weet weinig over zijn land.
- Deze jongeman weet weinig over zijn land.
Haastige spoed is zelden goed.
De jonge man weet weinig over zijn land.
Men is nooit te oud om te leren.
De eerste man die binnen twee uur een marathon loopt.
De man die we in het park zagen was meneer Hill.
Liefde is een meesterwerk der muziek, gespeeld met een instrument met de naam mens.
Zonder lucht kan men zelfs geen 10 minuten blijven leven.
De man die je gisteren in mijn kantoor zag komt uit België.
In een een-op-een strijd tegen een mens wint hij zeker.
...een menselijke vriend die zwaait en blij is je te zien.
Rom Whitaker is herpetologist, maar heeft ook een intrigerender titel... ...de slangenman van India.
Een ieder heeft recht op bescherming van de morele en materiële belangen die voortvloeien uit elke wetenschappelijke, literaire of artistieke productie waarvan hij de auteur is.