Examples of using "śnieg" in a sentence and their dutch translations:
- Het sneeuwt vandaag.
- Het is sneeuwig vandaag.
Het gaat sneeuwen.
Het was aan het sneeuwen.
- Het sneeuwt.
- Het is aan het sneeuwen.
De sneeuw is gesmolten.
- Hou je van sneeuw?
- Houdt u van sneeuw?
- Houden jullie van sneeuw?
De sneeuw is verdwenen.
Ik hou van sneeuw.
Ik hou van sneeuw.
Het sneeuwt in Parijs.
Kijk, het sneeuwt!
De zon smolt de sneeuw.
Het sneeuwt vandaag.
Zij houdt van sneeuw.
Ach, het sneeuwt!
- Het is begonnen te sneeuwen.
- Het is beginnen te sneeuwen.
- Misschien gaat het sneeuwen.
- Het is mogelijk dat het gaat sneeuwen.
- Misschien zal het sneeuwen.
Tom houdt van sneeuw.
- Het sneeuwde gisteren.
- Gisteren viel er sneeuw.
In de winter sneeuwt het.
- Het is begonnen te sneeuwen.
- Het is beginnen te sneeuwen.
Er is veel sneeuw gevallen.
Toen ik wakker werd, sneeuwde het.
Het is weer gaan sneeuwen.
Hier valt zelden sneeuw.
Het sneeuwde in Osaka.
Het sneeuwt in Parijs.
Het gaat vandaag sneeuwen.
Morgen gaat het sneeuwen.
Het lijkt op sneeuw, is het niet?
Het was al de hele week aan het sneeuwen.
Het sneeuwt buiten.
Het heeft de hele dag gesneeuwd.
Het sneeuwde gedurende vier dagen.
Is dat sneeuw?
Vanmiddag gaat het misschien sneeuwen.
De regen ging over in sneeuw.
Een uur geleden stopte het met sneeuwen.
Ik hou van sneeuw. Het is zo mooi!
- Wanneer ik de gordijnen opende was het aan het sneeuwen.
- Het was aan het sneeuwen wanneer ik de gordijnen opende.
...en goed geïsoleerd door de sneeuw.
...goed afgeschermd door de sneeuw.
Bij ons sneeuwt het in januari.
Het sneeuwde zoals voorspeld.
Deze sneeuw is dieper dan ik dacht.
Maar met deze sneeuw moet je slimmer zijn.
...maar als het zo sneeuwt moet je slimmer zijn.
- Als het morgen sneeuwt, maak ik een sneeuwpop.
- Als het morgen sneeuwt, maak ik een sneeuwman.
Deze berg is het hele jaar door bedekt met sneeuw.
Bij ons sneeuwt het in januari.
En je hebt hier tot 12 meter diepe poedersneeuw.
Het papier is heel wit, maar de sneeuw is witter.
De grond is bedekt met sneeuw.
Met sneeuw tot aan mijn middel. Het is erg ongemakkelijk.
Sneeuw heeft een goede isolerende werking. Krap en knus.
Sneeuw heeft een goede isolerende werking. Krap en knus.
Sneeuw maakt het lastiger om voedsel te vinden op de bosgrond. Ze moet elders zoeken.