Examples of using "Inverno" in a sentence and their dutch translations:
- Heb je afgelopen winter geskied?
- Heeft u afgelopen winter geskied?
- Hebben jullie afgelopen winter geskied?
Het zal gauw winter zijn.
In de winter sneeuwt het.
Hij skiet elke winter in Hokkaido.
Deze winter is warm.
Dit gebeurde elke winter.
Het is winter in Australië.
In de winter sneeuwt het veel.
Einde winter in Spitsbergen.
Dit gebeurde vaak in de winter.
Het sneeuwt hier altijd in de winter.
We hebben deze winter veel stormen gehad.
De vorige winter ben ik naar Canada gaan skiën.
Ze voeden zich in de winter met honing.
In de winter vliegen de droge bladeren in de lucht rond.
Mijn familie gaat elke winter skiën.
Papa, waarom onweert het 's winters niet?
Het gebeurde ergens in midwinter.
Tom is afgelopen winter naar Boston verhuisd.
De vier jaargetijden zijn lente, zomer, herst en winter.
Die winter de overblijfselen van het Servische leger ontsnappen door de Albanese bergen. Hun
Hartje winter kan hij wekenlang overleven in deze schijndode staat.