Examples of using "Keltél" in a sentence and their dutch translations:
- Stond je om zes uur op?
- Stond je op om zes uur?
Waarom ben je wakker?
Wanneer ben je opgestaan?
Waarom ben je zo vroeg opgestaan?
- Waarom ben je zo vroeg opgestaan?
- Waarom zijn jullie zo vroeg opgestaan?