Examples of using "Jöttél" in a sentence and their dutch translations:
Ben je alleen gekomen?
Met wie ben je gekomen?
Wanneer ben jij gekomen?
Je bent vroeg.
Waarom ben je gekomen?
Ben je met de trein gekomen?
Waarom ben je niet met de bus gekomen?
- Waarom ben je naar Japan gekomen?
- Waarom zijt ge naar Japan gekomen?
Uit welk land kom je?
Ben je gekomen om de ceremonie bij te wonen?
Wanneer ben je naar Parijs gekomen?
- Je kwam te laat.
- Je was te laat.
- Hij was te laat.
„Hoe ben je gekomen?“ „Te voet.“
Ben je van een andere planeet?
- Wanneer ben je uit Duitsland teruggekomen?
- Wanneer ben je uit Duitsland weergekeerd?
Waarom kwam je niet vroeger?
Wanneer ben je aangekomen?
Waarom ben je teruggekomen?
Waarom ben je pas nu gekomen?
Wanneer ben je uit Londen teruggekomen?
wordt vaak aangesproken met 'Ga terug naar je land',
Je bent vroeg.
- Waar kom je vandaan?
- Waar komt u vandaan?
- Waar komen jullie vandaan?
Je kwam precies op tijd.
Hoe ben je erachter gekomen dat je broer daar woonde?