Examples of using "Halott" in a sentence and their dutch translations:
- Zij is dood.
- Ze is dood.
Dood?
Iedereen is dood.
Jij bent dood!
Is hij dood?
Hij is waarschijnlijk dood.
ben je wat we als sociaal dood kunnen bestempelen.
De spin is dood.
De hond was dood.
Mijn opa is dood.
is dat liberale democratie gebroken is.
Ontmoeting tussen twee jagers: allebei dood.
Is die slang dood of levend?
Ze zijn beiden dood.
Ik ben niet dood.
Tom komt nooit terug. Hij is dood.
Hoeveel doden?
Jij bent dood!
Nog één stap en je bent dood.
Het lijk werd geïdentificeerd door de moedervlek op de wang.
Tom hield zich dood.
Weet je niet dat hij al twee jaar dood is?
Later, toen ze weg waren gegaan, was er geen levende ziel meer te bekennen op de kade, de stad met zijn cipressen leek totaal uitgestorven, maar de zee bruiste nog en sloeg tegen de kust.