Examples of using "Umgehen" in a sentence and their dutch translations:
en daar moest ik het mee doen
Ze kan goed met kinderen omgaan.
Ze kan niet met spanning omgaan.
Hij kan goed met mensen omgaan.
Tom weet niet hoe hij met kinderen om moet gaan.
Ze kan wonderbaarlijk goed met kinderen omgaan.
Tom kan goed met cijfers omgaan.
Ze kan niet met spanning omgaan.
Buskruit moet met zorg behandeld worden.
Je zult met die moeilijke problemen moeten omgaan.
De leraar kan goed met zijn leerlingen omgaan.
want hoe we omgaan met ons innerlijk is de motor van ons bestaan.
Weet je hoe je een woordenboek moet gebruiken?
Als je in het buitenland bent, kun je met Surfshark lokale internetbeperkingen omzeilen om toegang te krijgen tot favoriete
niet kunnen omgaan met wat ik zelf verdraag, zullen in de depots worden achtergelaten.
...om elk teken te begrijpen, elk gedrag... ...elke soort. Wat ze doen, hoe ze met elkaar omgaan.
We moeten eerlijk tegen elkaar zijn.
Weet jij hoe je een computer moet gebruiken?