Translation of "Schrieb" in Dutch

0.014 sec.

Examples of using "Schrieb" in a sentence and their dutch translations:

Tom schrieb.

Tom schreef.

Ich schrieb Briefe.

Ik schreef brieven.

schrieb er mir wieder.

stuurde hij nog een bericht.

Er schrieb einen Brief.

Hij heeft een brief geschreven.

Sie schrieb einen Brief.

Zij schreef één brief.

Emilie schrieb einen Brief.

Emily schreef een brief.

Sie schrieb einen Satz ab.

Ze kopieerde een zin.

Ich schrieb den Brief dreimal.

Ik heb de brief drie keer herschreven.

Tom schrieb Maria einen Brief.

Tom schreef Maria een brief.

Gestern schrieb er einen Brief.

Gisteren heeft hij een brief geschreven.

Ich schrieb also diese Liste

Dus begon ik met die lijst

Sie schrieb mir sofort zurück.

Ze schreef me snel terug.

Ich schrieb Jim einen Brief.

Ik heb Jim een brief geschreven.

Sie schrieb mir eine SMS.

- Ze heeft mij een sms gestuurd.
- Ze heeft me ge-sms't.

Ich schrieb keine einzige schlechte Note.

Mijn punten bleven hetzelfde.

Sie schrieb etwas in ihr Notizbuch.

Ze noteerde iets in haar notaboek.

Er schrieb viele Bücher über China.

- Hij heeft veel boeken geschreven over China.
- Hij schreef veel boeken over China.

Er schrieb diesen Roman mit Zwanzig.

Hij schreef deze roman op zijn twintigste.

Zerreiße deinen Schrieb in tausend Stücke!

Scheur uw schrijfsel in duizend stukken!

Er schrieb ein Buch in China.

Hij schreef een boek in China.

Ich schrieb einen Brief in Französisch.

Ik schreef een brief in het Frans.

Ich schrieb einen Brief an Jim.

Ik heb Jim een brief geschreven.

Ich schrieb letzte Nacht einen Liebesbrief.

Ik heb een liefdesbrief geschreven gisteravond.

Maria schrieb sich das Rezept auf.

- Mary schreef het recept op.
- Mary noteerde het recept.

Fred schrieb seiner Mutter einen langen Brief.

Fred schreef aan zijn moeder een lange brief.

- Wer schrieb Hamlet?
- Wer hat Hamlet geschrieben?

Wie heeft Hamlet geschreven?

Ich schrieb ihr jeden Tag einen Brief.

Ik schreef haar elke dag een brief.

Tom schrieb einen Brief an den Weihnachtsmann.

Tom schreef een brief aan de kerstman.

Ich schrieb ihm, er solle sofort kommen.

Ik schreef hem dat hij onmiddellijk moest te komen.

- Er schrieb das Buch im Alter von zwanzig.
- Er schrieb das Buch im Alter von zwanzig Jahren.

- Hij schreef het boek op de leeftijd van twintig jaar.
- Hij schreef dat boek toen hij 20 jaar was.

Er schrieb das Buch im Alter von zwanzig.

Hij schreef dat boek toen hij 20 jaar was.

Ich schrieb gerade einen Brief, als er kam.

Ik was een brief aan het schrijven toen hij kwam.

- Tom schrieb sich ein.
- Tom ließ sich anwerben.

Tom schreef zich in.

Er schrieb die Notizen seines Freundes genau ab.

Hij schreef nauwgezet de nota's van zijn vriend over.

Ich schrieb die falsche Adresse auf den Umschlag.

Ik schreef het foute adres op de envelop.

- Wer hat dieses Buch geschrieben?
- Wer schrieb dieses Buch?

- Wie heeft dit boek geschreven?
- Wie schreef dit boek?

- Ich schrieb einen Brief.
- Ich habe einen Brief geschrieben.

Ik heb een brief geschreven.

- Er hat einen Brief geschrieben.
- Er schrieb einen Brief.

- Hij heeft een brief geschreven.
- Hij schreef een brief.

Als er in China war, schrieb er ein Buch.

Hij schreef een boek in China.

Die Sekretärin schrieb auf, was ihr Vorgesetzter gesagt hatte.

De secretaresse noteerde wat haar baas zei.

- Wer hat diesen Satz geschrieben?
- Wer schrieb diesen Satz?

- Wie schreef deze zin?
- Wie heeft deze zin geschreven?

Ich schrieb in mein Gedächtnis 2000 englische Worte hinein.

Ik heb 2000 Engelse woorden bijgeleerd.

Er schrieb ein Buch über die Frau seiner Träume.

Hij schreef een boek over de vrouw van zijn dromen.

"Soults Charakter ist hart und vor allem egoistisch", schrieb einer, "

"Het karakter van Soult is moeilijk, en vooral egoïstisch", schreef iemand, "Hij heeft

Oscar Wilde schrieb das Buch "Der selbstsüchtige Riese" im Jahr 1888.

Oscar Wilde schreef het verhaal van 'De Zelfzuchtige Reus' in 1888.

- Fabre schrieb Bücher über Insekten.
- Fabre hat Bücher über Insekten geschrieben.

Fabre schreef boeken over insecten.

- Wer hat diese beiden Briefe geschrieben?
- Wer schrieb diese beiden Briefe?

- Wie schreef deze twee brieven?
- Wie heeft die twee brieven geschreven?

Tom schrieb seine Telefonnummer auf eine Serviette und reichte sie Maria.

Tom schreef zijn telefoonnummer op een servet en gaf ze aan Maria.

- Ich habe einen Brief an Jim geschrieben.
- Ich schrieb Jim einen Brief.

Ik heb Jim een brief geschreven.

- Ich have mir seine Telefonnummer aufgeschrieben.
- Ich schrieb mir seine Telefonnummer auf.

Ik heb zijn telefoonnummer genoteerd.

Ob Shakespeare dieses Gedicht schrieb oder nicht, wird wahrscheinlich ein Rätsel bleiben.

Of Shakespeare dat gedicht geschreven heeft of niet, zal waarschijnlijk een misterie blijven.

- Verzeih mir diesen langen Schrieb!
- Verzeih, dass ich so viel geschrieben habe!

- Excuseer me dat ik zoveel geschreven heb.
- Excuseer mij voor dit lange schrijfsel!

- Ich habe ihr einen langen Brief geschrieben.
- Ich schrieb ihr einen langen Brief.

Ik schreef haar een lange brief.

- Er hat ein Buch über China geschrieben.
- Er schrieb ein Buch über China.

Hij heeft een boek geschreven over China.

- Ich habe diesen Brief auf Französisch geschrieben.
- Ich schrieb diesen Brief auf Französisch.

Ik heb deze brief in het Frans geschreven.

- Ich schrieb letzte Nacht einen Liebesbrief.
- Ich habe gestern Abend einen Liebesbrief geschrieben.

Ik heb een liefdesbrief geschreven gisteravond.

- Ich habe einen Brief an Jim geschrieben.
- Ich schrieb einen Brief an Jim.

Ik heb Jim een brief geschreven.

- Sie schrieb weiterhin Tiergeschichten.
- Sie fuhr damit fort, Geschichten über Tiere zu schreiben.

Ze bleef verhalen over dieren schrijven.