Examples of using "Gelben" in a sentence and their dutch translations:
Tom bezit een gele sportwagen.
Ik neem de gele.
Kijk in de Gouden Gids.
Hij bezit een gele sportwagen.
Ze bezit een gele sportwagen.
Maria bezit een gele sportwagen.
Ik hou van mijn gele trui.
Hij woont in het gele huis.
Er zijn geen gele brievenbussen in Denemarken.
Meng de blauwe verf met de gele verf.
De tuin stond vol met gele bloemen.
Wie is het meisje in een gele regenjas?
Maria is het meisje dat de gele jurk draagt.
Zie je die kleine gele bloem aan de gaspeldoorn? Dat gele?
Mijn moeder kocht een gele paraplu voor mijn broer.
Mijn moeder kocht mijn broertje een gele paraplu.
Ik neem de gele.
De tuin stond vol met gele bloemen.
De vuursalamander is een salamander die zwart van kleur is met gele vlekken of strepen.
Er is ook een gele.
Het licht van herfstmiddagen kleurt het landschap in gele, oranje, rode, gouden en bruine tinten.
Ik neem de gele.