Examples of using "Bloß" in a sentence and their dutch translations:
- Breek niet de spiegel.
- Breek geen spiegel.
- Echt?
- Echt waar?
Het is maar koffie.
Lazer op!
- Kom maar!
- Kom gewoon!
Het is maar een grapje.
Doe dat nooit meer!
Tom is maar een amateur.
Je bent gewoon een scholier.
Hij is alleen maar een politicus.
Bedankt, maar ik hoef alleen maar te kijken.
Ik wilde alleen een hamburger.
Het is gewoon een grap.
Ik wil alleen maar dansen.
Ze is nog maar een kind.
Ik ben maar een kleine jongen.
Hadden we maar een tuin!
- Ik vraag me af waarom de bus nog niet is gekomen.
- Waarom komt de bus niet?
Hoe kwam Tom daar achter?
- Ik wilde alleen met je praten.
- Ik wilde alleen maar met je praten.
- Ik wilde enkel met je praten.
- Maakt u zich geen zorgen over hen.
- Maak je maar geen zorgen over hen.
- Maakt u zich geen zorgen over mij.
- Maak je maar geen zorgen over mij.
- Maakt u zich geen zorgen over hem.
- Maak je maar geen zorgen over hem.
- Het is maar een grapje.
- Het is maar een grap.
Tom is gewoon een gekke oude man.
We zijn geen goden, maar gewoon mensen.
Was ik maar thuis gebleven.
Ik ben hier alleen om te helpen.
Antwoord maar alleen op de eerste vraag.
Ik wil gewoon winnen.
Maakt u zich geen zorgen over hem.
Zeg het tegen niemand.
Geen midden, geen grijs, alleen maar polariteit.
Maar beelden zijn natuurlijk meer dan alleen grafische pictogrammen.
maar de meeste kunstenaars hebben geen notie van deze mogelijkheden.
Op de maan zou ik maar vijftien kilo wegen.
Ik maak maar een grapje.
Vertel me niet dat je niet auto kunt rijden.
- Goede spreuken, wijze leringen moet je in praktijk brengen, niet alleen aanhoren.
- Het is niet voldoende om alleen te luisteren naar wijze woorden en leringen, men moet ze in praktijk brengen.
Ik wil alleen maar dansen.
- Ze is maar een kind.
- Ze is nog maar een kind.
Hadden we maar een tuin!
- Kom op!
- Dat meen je niet!
- Ik maak maar een grapje.
- Het is maar een grapje.
- Ik maak een grapje.
- Wat heb ik nu weer uitgestoken!
- Wat heb ik nu weer aangericht!
Het was maar een grapje.
In het zolderkamertje vonden ze alleen oude rommel.
Ik ben uitgeput! Ik wil alleen naar huis gaan, een bad nemen en naar bed gaan.
Hij is maar een kind.
Als we maar eens ophielden met het proberen om gelukkig te zijn dan zouden we een zeer goed moment kunnen doorbrengen.
Kom hier nooit meer terug!