Translation of "J'aurais" in Dutch

J'aurais attendu.

Ik zou hebben gewacht.

J'aurais dû savoir,

Ik had het kunnen weten,

J'aurais dû rester.

Ik moest blijven.

- J'aurais dû te le dire.
- J'aurais dû vous le dire.

- Ik had het u moeten vertellen.
- Ik had het je moeten vertellen.

J'aurais voulu la voir.

Ik wou dat ik haar gezien had.

J'aurais dû dire ça.

Ik zou dat gezegd moeten hebben.

J'aurais dû le savoir.

Ik had het kunnen weten.

J'aurais dû étudier davantage.

Ik had meer moeten studeren.

- J'aurais pu vous rencontrer à l'aéroport.
- J'aurais pu te rencontrer à l'aérodrome.
- J'aurais pu te rencontrer à l'aéroport !

Ik had je op het vliegveld kunnen treffen.

- J'aurais dû savoir que c'était toi.
- J'aurais dû savoir que c'était vous.

Ik had moeten weten dat jij het was.

- J'aurais souhaité que tu me l'aies dit.
- J'aurais souhaité que vous me l'eussiez dit.
- J'aurais souhaité que vous me l'ayez dit.
- J'aurais souhaité que vous me le dites.
- J'aurais souhaité que tu me le dises.

Ik wou dat je mij dat had verteld.

J'aurais aimé être plus grand.

Ik had graag groter willen zijn.

J'aurais dû venir plus tôt.

Ik had eerder moeten komen.

C'est ce que j'aurais dit.

Dat zou ik gezegd hebben.

J'aurais dû lire le livre.

Ik zou het boek moeten lezen.

J'aurais dû voir ça venir.

Dat had ik kunnen zien aankomen.

J'aurais dû lire les instructions.

Ik had de gebruiksaanwijzing moeten lezen.

J'aurais dû utiliser un préservatif.

Ik had een condoom moeten gebruiken.

J'aurais dû te le dire.

Ik had het je moeten vertellen.

J'aurais dû vous le dire.

Ik had het u moeten vertellen.

J'aurais pu faire mieux que lui.

Ik had het beter kunnen doen dan hij.

S'il ne m'avait aidé, j'aurais échoué.

Zonder zijn hulp, was ik mislukt.

J'aurais pu vous rencontrer à l'aéroport.

Ik had je op het vliegveld kunnen treffen.

J'aurais aimé savoir où il était !

Ik wou dat ik wist waar hij was!

J'aurais dû dire que j'étais occupé.

Ik had moeten zeggen dat ik met iets bezig was.

- J'aurais souhaité que tu me l'aies dit.
- J'eus souhaité que tu me l'eusses dit.
- J'aurais souhaité que vous me l'eussiez dit.
- J'aurais souhaité que vous me l'ayez dit.
- J'aurais souhaité que vous me le dites.
- J'aurais souhaité que tu me le dises.

- Ik wou dat ge mij dat gezegd hadt.
- Ik wou dat je mij dat had verteld.

J'aurais dû suivre les conseils du médecin.

Ik wou dat ik de raad van de arts had opgevolgd.

J'aurais aimé avoir mangé quelque chose d'autre.

Ik wou dat ik iets anders had gegeten.

J'aurais souhaité qu'il soit venu au meeting.

Ik had gewild dat hij naar de vergadering gekomen was.

J'aurais préféré aller au concert hier soir.

Gisteravond was ik liever naar het concert geweest.

J'aurais dû savoir que quelque chose clochait.

Ik had moeten weten dat er iets aan de hand was.

J'aurais besoin d'une échelle pour atteindre ça.

Ik zou een ladder nodig hebben om daarbij te kunnen.

Sans votre imperméable, j'aurais été trempé jusqu'aux os.

Zonder uw regenjas was ik doorweekt.

J'aurais aimé que mon père vive plus longtemps.

Ik wou dat mijn vader langer geleefd had.

J'aurais préféré qu'elle s'asseye à côté de moi.

Ik had liever gehad, dat ze naast me zou zitten.

J'aurais dû te le dire beaucoup plus tôt.

Ik had je dit alles al veel eerder moeten vertellen.

Je sais que j'aurais pas dû le faire.

Ik weet dat ik dat niet had moeten doen.

J'aurais dû essayer ce rasoir électrique avant de l'acheter.

Ik had dat elektrisch scheerapparaat moeten proberen voordat ik het kocht.

J'aurais dû le jeter par la plus haute fenêtre.

Ik had hem door een hoger raam moeten gooien.

J'aurais besoin que tu me rendes un petit service.

Ik moet je om een kleine gunst vragen.

J'aurais aimé avoir plus de temps pour parler avec elle.

Ik wou dat ik meer tijd had om met haar te praten.

J'aurais pas imaginé qu'un jour j'irais chercher « viagra » dans Wikipédia.

Ik had nooit gedacht dat ik op een dag het woord "viagra" zou opzoeken op Wikipedia.

J'aurais dû consulter mes parents au sujet de cette affaire.

Ik had mijn ouders moeten raad vragen in die zaak.

J'aurais dû savoir que ça allait être une perte de temps.

Ik had moeten weten dat het een verspilling van tijd zou zijn.

J'aurais dû savoir qu'au moment où je tomberais amoureuse de la réalité,

Ik had kunnen weten dat zodra ik verliefd werd op de realiteit,

J'aurais aimé que tu me dises la vérité à ce moment-là.

Ik had graag gehad, dat je me toen de waarheid had verteld.

Si ce n'avait été pour votre imperméable, j'aurais été trempé jusqu'aux os.

Zonder uw regenjas was ik door en door nat geweest.

Si j'étais au fait de ses intentions, j'aurais peut-être évité cette débâcle.

Als ik maar had geweten wat ze van plan was, had ik dit debacle misschien voorkomen.

Mon professeur m'a dit que j'aurais dû passer davantage de temps à préparer mon exposé.

Mijn leraar zei me dat ik niet genoeg tijd besteed had aan de voorbereiding van mijn uiteenzetting.

- Je préfèrerais qu'elle soit assise près de moi.
- J'aurais préféré qu'elle s'asseye à côté de moi.

Ik zou het op prijs stellen als ze naast me zou komen zitten.

- J'aurais été à la montagne si j'avais eu de l'argent.
- Si j'avais eu de l'argent, je serais allé à la montagne.

- Ik zou naar de bergen gegaan zijn, als ik geld had gehad.
- Ik was naar de bergen gegaan, als ik geld had gehad.