Examples of using "Äitini" in a sentence and their dutch translations:
Mijn moeder is advocaat.
Mijn moeder is woest.
Alice is mijn moeder.
- Mijn moeder is woest.
- Mijn moeder is woedend.
- Mijn moeder is een vrouw.
- Een moeder is een vrouw.
Alice is mijn moeder.
Mijn moeder houdt van muziek.
Mijn moeder spreekt geen Engels.
Mijn moeder kookt goed.
Mijn moeder is altijd bezig.
Oscar was mijn moeders hond.
Mijn moeder maakt vaak pastasalade.
Mijn moeder is in de keuken.
- Ook mijn moeder is lerares.
- Mijn moeder is ook lerares.
Alice is mijn moeder.
Mijn moeder is altijd onderweg.
Mijn moeder is boos.
Oom Tom is de broer van mijn moeder.
Mijn moeder kocht twee flessen sinaasappelsap.
Mijn oma van mijn moeders kant woont in Osaka.
Mijn moeder spreekt niet zo erg goed Engels.
Ik weet niet wanneer mijn moeder terug zal komen.
...oorspronkelijk uit Baskenland. Mijn moeder kwam uit Colonia...
Ik rende naar mijn moeder.
De vorige zondag heeft mijn moeder een leuke jurk voor mij gekocht.
Mijn moeder is in de keuken.
Mijn moeder kocht een gele paraplu voor mijn broer.
Mijn ouders praten meestal in het Frans met elkaar, ook al spreekt mijn moeder van nature Engels.
Mijn moeder kan goed piano spelen.