Examples of using "Welsh" in a sentence and their dutch translations:
Ik leer Welsh.
Ellen spreekt geen Welsh.
- Spreek jij Welsh?
- Spreek je Welsh?
- Spreken jullie Welsh?
- Spreekt u Welsh?
Welsh is een mooie taal.
Cornisch, Welsh en Bretons zijn Keltische talen.
Het Welsh is een officiƫle taal in Wales en Chubut.
Het Verenigd Koninkrijk wordt "Y Deyrnas Unedig" genoemd in het Welsh.
Het Cornisch lijkt op het Welsh en zelfs nog meer op het Bretoens, dat eigenlijk afstamt van de taal van de Britten die tijdens de vroege middeleeuwen uitweken naar het Franse vasteland, het huidige Bretagne.