Translation of "Leugenaar" in Spanish

0.006 sec.

Examples of using "Leugenaar" in a sentence and their spanish translations:

- Leugenaar!
- Leugenaarster!

- ¡Bolacero!
- ¡Mentiroso!

Tom, jij leugenaar!

- Tom, es mentira.
- Es una mentirijilla de Tom.

Ik ben geen leugenaar.

- No soy ningún mentiroso.
- No soy mentirosa.

Hij is geen leugenaar.

Él no es un mentiroso.

Tom is geen leugenaar.

Tom no es un mentiroso.

Google is een leugenaar.

Google es mentiroso.

- Zij noemde hem een leugenaar.
- Zij maakte hem uit voor leugenaar.

Ella le llamó mentiroso.

Sami is een pathologische leugenaar.

Sami es un mentiroso patológico.

Zij is een goede leugenaar.

Miente bien.

Hij bekende een leugenaar te zijn.

Confesó ser un mentiroso.

Wie dat zei is een leugenaar.

El que dice eso es un mentiroso.

Hij is niets dan een leugenaar.

Él es solo un mentiroso.

Donald Trump is een pathologische leugenaar.

Donald Trump es un mentiroso patológico.

Je zei dat ik een leugenaar ben.

- Tú dijiste que yo soy una mentirosa.
- Me dijiste que era un mentiroso.

Je bent de slechtste leugenaar ter wereld.

Eres la peor mentirosa del mundo.

- Hij is een goede leugenaar.
- Hij kan goed liegen.
- Zij kan goed liegen.
- Zij is een goede leugenaar.

Miente bien.

Als dat niet waar is, is ze een leugenaar.

Si eso es no es verdad, ella es una mentirosa.

Het bleek dat hij niets anders was dan een leugenaar.

Resultó que él no era nada más que un mentiroso.

Het spijt me dat ik je een leugenaar heb genoemd.

Siento que te llamara un mentiroso.

Verwijt je vriend niet, want jijzelf verdient het verwijt meer; hij is maar een éénmalige leugenaar terwijl jij nu nog altijd leugenaar bent.

No reproches a tu amigo, porque tú te mereces más el reproche; él sólo ha sido mentiroso una vez mientras que tú lo eres continuamente.

- Ik geloof dat je een leugenaar bent.
- Ik geloof dat je een leugenares bent.

- Creo que eres un mentiroso.
- Creo que eres un embustero.

- Zij beschuldigden hem van liegen.
- Zij betichtten hem van een leugen.
- Zij noemden hem een leugenaar.

Ellos lo acusaron de mentir.