Translation of "Italiaanse" in Spanish

- Ik heb een Italiaanse buurman.
- Ik heb een Italiaanse buurvrouw.

Tengo una vecina italiana.

Italiaanse televisie is nutteloos.

La televisión italiana es inútil.

Linkervleugel van het Italiaanse leger .

del Ejército de Italia.

Rome is een Italiaanse stad.

Roma es una ciudad italiana.

Het Italiaanse eten was heerlijk.

La comida italiana fue deliciosa.

Ik heb een Italiaanse buurvrouw.

Tengo una vecina italiana.

Mario is een Italiaanse burger.

Mario es un ciudadano italiano.

En misschien wat Italiaanse pasta.

y tal vez algo de pasta italiana.

Italiaanse politici maken me kwaad.

Me dan rabia los políticos italianos.

Moncalvo is de kleinste Italiaanse stad.

Moncalvo es la ciudad más pequeña de Italia.

Ik hou van mijn Italiaanse dialect.

- Adoro mi dialecto italiano.
- Amo mi dialecto italiano.

Ik ging een Italiaanse pizzeria binnen.

He entrado en una pizzería italiana.

De vreemdeling heeft geen Italiaanse naam.

- El extranjero no tiene un nombre italiano.
- La mujer extranjera no tiene un nombre italiano.

Italiaanse mannen helpen nooit in huis.

Los hombres italianos nunca ayudan en la casa.

Deze Italiaanse auto heeft drie wielen.

Este coche italiano tiene tres ruedas.

- Mario is Italiaans staatsburger.
- Mario is een Italiaanse burger.

Mario es un ciudadano italiano.

- Hij is een Italiaanse leraar.
- Hij is een leraar Italiaans.

Él es profesor de italiano.

Bent u ooit in een Italiaanse of buitenlandse gevangenis binnengeweest?

¿Habéis visitado ya una cárcel italiana o extranjera por dentro?