Examples of using "Istemiyorum" in a sentence and their dutch translations:
- Dat wil ik niet.
- Ik wil dat niet.
Ik wil niet opgeven.
- Ik wil niet teruggaan.
- Ik wil daar niet terug naartoe.
- Ik wil niet meer terug.
- Ik wil niet vergiftigd worden.
- Ik wens niet vergiftigd te worden.
Ik wil niet leven.
Ik wil niet gaan.
- Ik wil niet dat je verandert.
- Ik wil niet dat u verandert.
Ik wil niet spelen.
Ik wil niet rusten.
Ik wil niet vechten.
Ik wil het niet vergeten.
Ik wil niet neergeschoten worden.
Ik wil niet dat je gewond raakt.
Ik wil niet werken.
Ik wil niet scheiden.
Ik vraag niet om geld.
Ik wil geen vlees.
Ik wil niet blijven.
- Ik wil jullie niet.
- Ik wil je niet.
Ik wil niet slapen.
Ik wil geen suiker.
Ik wil niet gestraft worden.
Ik wil geen ijs.
Ik wil deze niet.
Ik wilde je niet van streek maken.
Ik wil niet alleen gaan.
- Ik wil niet met je praten.
- Ik wil niet met u praten.
Ik wil nog niet naar bed!
Ik wil niet naar school.
Ik wil niet alleen leven.
Ik wil niets meer horen.
Ik wil geen geld.
Ik wil de helikopter niet missen.
Ik wil er niet op gaan staan.
Ik wil niet zeggen 'het publiek',
Ik wil niet tv kijken.
Ik wil geen risico nemen.
Ik wil geen suiker.
Ik wil niet opgeven.
Maar ik wil niet.
Ik wil nooit meer eten.
Ik wil niet naar school.
Ik wil het niet.
Ik wil nu niet dood.
Ik wil geen Duits leren.
- Ik wil nog niet sterven.
- Ik wil nog niet doodgaan.
Ik wil jouw vijand niet zijn.
Ik wil niemand pijn doen.
Ik wil Mary niet verliezen.
Ik wil het vliegtuig niet missen.
Ik wil dat niet doen.
Ik wil het niet zien.
- Ik wil jouw goud niet.
- Ik wil uw goud niet.
- Ik wil jullie goud niet.
Ik wil niet naar huis.
Ik wil niet dat je je zorgen maakt.
Ik wil de stad niet verlaten.
Ik wil niet met Tom meegaan.
Ik wil niet dat je naar huis gaat.
Ik wil geen job in Boston.
Ik wil Boston niet verlaten.
Ik wil Tom niet laten wachten.
Ik wil niet afwijken van het plan.
Ik wil nog niet sterven.
Ik wil je geen pijn doen.
Ik wil niet meer.
Ik wil niet beroemd zijn.
Ik wil de politie niet bellen.
- Ik wil niet rijden.
- Ik heb geen zin om te rijden.
Ik wil niet naar het ziekenhuis gaan.
Ik wil niet naar huis lopen.
Ik wil Tom niet in mijn huis hebben.
Ik wil niet naar Boston gaan.
Ik wil niet dat je met Tom omgaat.
- Ik wil niet over de school praten.
- Ik wil niet over school praten.
Ik wil uw medelijden niet.
Ik wil hem niet zien.
Ik wil niet tv kijken.
Ik wil niet zwemmen.
Ik wil niet eten.
Ik wil geen gekookte rijst.
- Ik wil niet over mezelf praten.
- Ik praat niet graag over mezelf.
Ik wil Tom niet wakker maken.
Ik wil niet dat ze zich zorgen maken.
Ik wil niet met hem praten.
- Ik wil ze niet storen.
- Ik wil hen niet onderbreken.
Ik wil niet opstaan.
Ik wil niet dansen.