Examples of using "Görmek" in a sentence and their dutch translations:
Eerst zien, dan geloven.
Ik wil dit niet zien.
Ik wil de straten zien.
- Leuk je te zien!
- Leuk om je te zien!
- Leuk u te zien!
- Leuk om u te zien!
- Leuk jullie te zien!
- Leuk om jullie te zien!
Ik zou mijn vader willen zien.
Ik zou mijn zoon willen zien.
Ik wil het zien.
Ik wil het niet zien.
Het is geweldig om je te zien.
- Het is goed je te zien.
- Het is fijn je te zien.
Ik wil de film zien.
Ik wil de kamer zien.
Ik wil je zien.
Ik wil de rozen zien.
- Blij u te zien.
- Het is goed je te zien.
- Het is goed u te zien.
Ik wil ze zien!
Ik wil ze zien.
- Ik wil u terugzien.
- Ik wil je weer zien.
- Ik wil u weer zien.
- Ik wil jullie weer zien.
- Ik wil je terugzien.
hebben we ingezoomd om het beter te zien.
Henry wil je zien.
Ik wil ze weer zien.
Vandaag wil ik niemand zien.
Ik wil haar niet meer zien.
Ik zou graag Tom nu willen zien.
Dit is het meisje dat je wilde zien.
We willen Tom zien.
Wie wil me zien?
- Wilt u uw kamer zien?
- Wil je je kamer zien?
Ik wil Tom niet meer zien.
Ik wil je gezicht niet meer zien.
Wil je het zien?
Ik wil ze allemaal zien.
Tom wil het zien.
Ik moest je nog een keer zien.
We zouden graag de resultaten van het experiment zien.
Wil je mijn tatoeage graag zien?
- Ik ben blij je weer te zien.
- Ik ben blij om je weer te zien.
- Het doet me plezier je weer te zien.
- Ik wil deze film zien.
- Ik wil die film zien.
- Zou je een ufo willen zien?
- Zou u een ufo willen zien?
- Zouden jullie een ufo willen zien?
Ik kon nauwelijks wachten om hem te zien.
Ik wil mijn ouders zien.
- Ik wil je weer zien.
- Ik wil je terugzien.
Ik wilde je vanavond zien.
Er komt een moment dat je je idee moet loslaten
maar van de hele mensheid.
Het is te donker om goed te kunnen zien.
Je moet haar woning zien.
Hij was ongeduldig om zijn zoon te zien.
Hij kwam om ons te zien.
Hij verheugt er zich op u te zien.
Waarom gaan we niet even bij haar langs?
Ik wilde alleen kijken wat er zou gebeuren.
Ik wil je graag zien, alsjeblieft.
Je zal moeten afwachten.
Ik wil hem nooit meer zien.
- Ik vind het heel prettig u nog eens te zien.
- Het is heel prettig om je weer te zien.
Ik zou graag mijn ouders zien.
Ik wil je nooit meer zien.
Ik weet niet zeker of ik dat wil zien.
Ik wil je nooit meer zien.
Ik ging naar het ziekenhuis om mijn moeder te zien.
Het was erg leuk je weer eens gezien te hebben.
- Hij wil ons weerzien.
- Hij wil ons weer zien.
Ik zou heel graag Parijs zien.
We zitten allemaal te popelen om de film te zien.
Ik wil ook de oceaan zien.
Ik kwam hier om u te zien.
Tom wilde Mary's kamer zien.
Ik ging naar het ziekenhuis om mijn vrouw te bezoeken.
- Dat is de vrouw die u wil zien.
- Dat is de vrouw die jou wil zien.
- Ik kijk ernaar uit om je met Kerstmis te zien.
- Ik kijk ernaar uit om u met Kerstmis te zien.
- Ik kijk ernaar uit om jullie met Kerstmis te zien.
Vandaag wil ik niemand zien.
Ik heb altijd al je huis willen zien.
- Dat zou ik Tom graag zien doen.
- Ik zou Tom dat graag zien doen.
- Wat leuk om je weer te zien.
- Wat fijn om je weer te zien.
- Wat fijn om u weer te zien.
Ik zou hem morgenmiddag graag willen zien.
Een zekere 'Henry' wilde jou zien.
vergeleken met wat je nog allemaal op school zou kunnen doen."
Best gaaf om te zien.
en je eist een leidinggevende te spreken.
Ik wil je nog zien voor ik naar Europa vertrek.